Draai om je oren
Jazz en meer - Artikel



home  
    
    
 

Muziek van Boyd Raeburn & Mary Lou Williams herleeft

Dutch Jazz Orchestra, vrijdag 16 december, Dr. Anton Philipszaal, Den Haag.

door Cees van de Ven, januari 2006

Nederland heeft niet te klagen als het gaat om grote (big band) jazzformaties van diverse signatuur en met internationale reputatie. Het Willem Breuker Collectief met een sterk vaudeville karakter. Bik Bent Braam, waar de nadruk ligt in schier onbegensde interpreta-tievrijheid en onvoorspelbaarheid. Groove Troopers en New Cool Collective, die de traditie van dansbare bigbandmuziek propageren en ook jong publiek aanspreken. De Cubop City Big Band met hun Caribean, latin repertoire. Het Jazz Orchestra of the Concertgebouw met een topbezetting en hoge speelfrequentie. Maar ook het Dutch Jazz Orchestra past in deze rij. Met als specialiteit het doen herleven van waardevol, soms vergeten bigband-materiaal, waarbij de samenwerking met musicoloog Walter van de Leur van belang is voor de repertoirekeuze en het vinden van oorspronkelijke arrangementen.

Vanavond stond het eerste deel van het concert in het teken van de muziek van de Amerikaanse tenor-/bassaxofonist en bigbandleider Boyd Raeburn (1913-1966). Na de pauze speelde men repertoire van Mary Lou Williams (1910 - 1981), dat door het orkest onlangs ook op cd werd gezet onder de titel 'The Lady Who Swings The Band'.

Raeburns orkest was in 1945 al tame-lijk avant-garde en avontuurlijk dankzij de progressieve en verrassende arrangementen van George Handy. Zijn progressieve muziek werd destijds ook door Ellington zeer gewaardeerd. Commercieel succes bleef echter uit. Raeburn verliet de muzieksector en ging werken in de meubelindustrie. Grote namen hebben bij hem gespeeld, zoals Don Lamond, Shelly Mann (drums), Serge Chaloff (baritonsax), Buddy DeFranco (klarinet), Oscar Pettiford (bas) en Dizzy Gillespie (trompet). Raeburn maakte met laatstgenoemde als gastsolist ook de eerste plaatopnamen van 'Night in Tunesia'. De arrangementen verraadden harmonische experimenten met sterke bop-invloeden of gebaseerd op het idioom van Franse impressionistische componisten en de muziek van Igor Stravinsky. Raeburn mag als voorloper gezien worden van de Stan Kenton band, maar in tegenstelling tot Kenton was Raeburns benadering meer toegespitst op de individuele kwaliteiten van zijn muzikanten, met ruimte voor improvisatie. Ook bij-voorbeeld Gil Evans’ 'Birth Of The Cool' is zeker schatplichtig aan de muziek van Reaburns band.

Mary Lou Williams was een van de eerste vrouwelijke instumentalisten die zich in een door mannen gedomineerde muziekindustrie probleemloos staande wist te houden, dankzij haar muzikale inhoudelijkheid en sterke karakter. Op haar vijftiende jaar was zij in staat om als pianiste profes-sioneel muzikant te worden! In 1929 werd ze de vaste pianist in Andy Kirks Band, waarvoor ze vele arrangementen en composities schreef. Titels als 'Froggy Bottom' en 'Walkin’ And Swingin’' (waarin Monk zijn inspiratie vond voor diens 'Rhythm-A-Ning). Omdat ze voor dit werk niet voldoende werd gehonoreerd, verliet ze Andy Kirk. Ze schreef voor talloze andere bekende orkesten, waaronder dat van Duke Ellington ('Trumpet No End'), Gillespie ('In The Land Of Oobladee'), Goodman, Dorsey, Armstrong en Lunce-ford. Zij inspireerde Thelonious Monk, Bud Powell, Miles Davis, Tadd Dameron, Charlie Parker, Kenny Dorham en anderen. In de vijftiger jaren stopte zij abrupt met op-treden. Ze werd actief in de katholieke kerkgemeenschap en deed charitatief werk. Pas in 1957 en op aandringen van de Gillespies trad ze weer op, tijdens het Newport Jazz Festival met Dizzy's Big Band. Vanaf 1977 tot haar dood gaf zij les aan de Duke University in North Carolina.

Het concert van het Dutch Jazz Orchestra vond plaats in de zaal die vernoemd is naar Anton Philips, vader van de onlangs overleden zoon Frits Philips. En mijnheer Frits, zoals hij in het zuiden werd genoemd, zou zich hier thuis hebben gevoeld met de warme ontvangst en ambiance in dit theater. Omdat men de entreeprijs met - slechts - € 2,50 verhoogd had, werden de bezoekers ontvangen met gratis garderobe en een drankje voor aanvang van het concert en tijdens de pauze. De zaal was redelijk bezet en het orkest had er duidelijk zin in. Leider John Ruocco zette met zijn volkomen naturel introductie en aankondigingen een ontspannen toon voor een niet zwaar of ernstig muzikaal gebeuren. Hij gebruikte het orkest als een veelkleurig palet voor dito resultaten, met rijke kleurnuances in een goede balans. Ruocco ziet af van bombastisch spierballenvertoon, maar zoekt het in subtiele schakeringen, mooie klank-tinten en afgewogen samenspel (dit orkest kan écht pianissimo spelen!). Hetgeen fraaie vergezichten opleverde. Ruocco is een heerlijk relaxte en aimabele musicus en een meesterlijk klarinettist, waarvan hij later nog eens blijk gaf. Spiedend over zijn brilletje spotte hij feiloos de daders van een enkel misplaatst nootje in de trompet- of trombonesectie. 'Het is tenslotte mensenwerk nietwaar', zag je hem denken.

De orkestraties van het Raeburn-repertoire zijn fraai van voicing en klinken nog heden-daags. Net als bij Reaburns orkest was het Dutch Jazz Orchestra versterkt met bas-saxofoon en Franse hoorn. De in Reaburns partituren toegestane improvisaties zijn naar hedendaagse maatstaven (te) kort en smaakten met topsolisten als Ruud Breuls (trompet), Martijn Sohier (trombone), Simon Rigter (tenorsaxofoon) en Benjamin Durk Hijma (gitaar) bepaald naar meer. Zangeres Lydia van Dam, die al indruk maakte met dit orkest op het North Sea Jazz Festival 2005, kwam vanavond nog beter tot haar recht. De uitstekende zaal-akoestiek en een prima verzorgde geluids-versterking van het orkest maakte dat ook Van Dam een uitstekende projectie van haar stem kreeg. En wat voor stem! Zij is een favoriete bigbandzangeres met een aangenaam geluid waarvan je wel móet houden. Soepel, warm, zuiver en uitstekend van articulatie zong ze geloofwaardig en smaakvol haar lyrics de zaal in. 'Body And Soul', 'I Can’t Believe That You’re In Love With Me', 'Memphis In June' en 'More Than You Know': allemaal uitvoeringen die er mochten zijn, qua zang, ensemblespel en solisten. Met zijn solo in 'Body And Soul' liet de jonge gitarist Durk Hijma horen hoe volwassen zijn spel al is, ongetwijfeld veelbelovend! Ook als Breuls, Sohier of Rigter soleerden, waren dat miniatuurtjes als van een fijnschilder en zonder uitzondering zeer de moeite. Allen slaagden erin om in compacte solo's toch hun boeiend verhaal te doen.

In het Mary Lou Williams programma na de pauze wist John Ruocco de gevoelige snaar te raken met zijn wonderschone, relaxte klarinetsolo in de ballad 'What’s Your Story, Morning Glory?'. Williams compositie 'Scorpio' uit 1945 werd door haar voor de Duke Ellington Band in 1946 gearrangeerd en dit arrangement werd hier vanavond fraai opnieuw uitgevoerd. 'New Musical Express' is een arrange-ment dat, in tegenstelling tot de suggestie in de liner notes bij de cd dat het geschreven zou kunnen zijn voor de band van Gillespie, volgens mij eerder in het book van Basie zou passen. In 'Scratchin’ In The Gravel' hoorden we de uitstekend solerende Albert Beltman, spelend als de reïncarnatie van Johnny Hodges, waarvoor Mary Lou Williams dit stuk des-tijds schreef. Maar in andere stukken waarin hij soleerde, was hij volkomen zichzelf en toonde hij zijn eigen gedegenheid.

'The Lady Who Swings The Band' is de titel van de onlangs verschenen cd (Challenge) met het materiaal van Mary Lou Williams. Een belangrijke release, omdat hierop negen composities staan die nog niet eerder werden opgenomen. Warm aanbevolen voor big band-liefhebbers met interesse in obscuur bigbandwerk uit het verleden en authentiek uitgevoerd door het Dutch Jazz Orchestra. Men is voornemens om ook van het Boyd Reaburn-repertoire een cd uit te brengen.

Klik hier voor een fotoverslag van dit concert.

Meer weten?

  • Lees hier een artikel over Reaburns Band door Eddy Determeijer.