Draai om je oren Jazz en meer - Interview |
home |
||
|
Dino Saluzzi Met de bandoneon op zoek naar de ontvankelijke, creatieve mens In het wereldje van de bandoneonisten gaat Dino Saluzzi volstrekt zijn eigen weg. In plaats van de tango te regenereren is hij voortdurend bezig met de ontwikkeling van de muziek. Niet tango is zijn doel, maar de ontwikkeling van de bandoneon in de muziek - niet om de ontwikkeling zelf, maar als middel om te communiceren. De volksmuziek van Salta (in het noorden van Argentinië) is zijn bakermat, de tango een geïntegreerd deel van zijn ziel, de confrontatie van zijn cultuur met muzikanten van een andere achtergrond zijn stijl. Hij is niet uit op een confrontatie, maar hij wil juist zien welke synthese voortkomt uit die confrontatie. Het is een lange weg van dat jongetje van zeven die een bandoneon kreeg naar de artiest die uiteindelijk in Europa de vrijheid vindt om die muziek te spelen en ook díe muziek te ontwikkelen die strookt met zijn artistieke ideeën. door Hugo de Vries Campo Santo/Buenos Aires Saluzzi: "Het was de eerste muzikale informatie die ik kreeg. Misschien daarom wel gaf mijn vader mij op mijn zevende een bandoneon. De invloed van Campo Santo waar ik tot mijn tiende woonde is blijvend, de grootsheid van de natuur, de muziek van de Indianen en ook de bladmuziek die ons vanuit het verre Buenos Aires werd opgestuurd. Met het bandoneon spelen leerde ik ook noten lezen. Dat bestuderen van partituren opende de deur van de muziek voor mij. Ik leerde de tango kennen en ook beter mijn eigen volksmuziek begrijpen". In de zestiger jaren belandt Dino in Buenos Aires. Hij speelt dan niet alleen tango maar experimenteert ook al met jazzmuzikanten, zoals Gato Barbieri (te horen op diens lp 'Chapter One: Latin America'). Van experimenteren is men niet gediend in Argentinië en het brengt geen brood op de plank. Piazzolla is dan al gedesillusioneerd vertrokken naar Europa. Ook Dino Saluzzi wordt met eenzelfde afweerreactie geconfronteerd. Buenos Aires dicteert dat een bandoneonist alleen werk zal hebben als hij traditionele tango speelt. In 1977 wordt hij arrangeur en bandeonist in het orkest van Enrique Marion Francini. Later zal hij met het ensemble van Mariano Mores de wereld doortrekken. Toch blijft hij ook zijn oude liefde trouw; in het begin van de zeventiger jaren maakt hij een aantal cassettes met volksmuziek; de zamba's, de chacarera's en de ballecito's zijn niet van de lucht. Daarnaast maakt hij zoveel mogelijk 'musica creativa'. Hij duikt in jazz, folk, klassieke muziek en speelt in allerlei formaties. In 1982 komt hij voor het eerst naar Europa met een voor een bandoneonist ongebruikelijke formatie van bandoneon, bas, gitaar en percussie. Zijn optreden op het Berlin Jazz Fest zorgt voor zijn Europese doorbraak. De samenstelling van de groep doet misschien een wat popachtige aanpak verwachten, maar dat is absoluut onjuist; ook het optreden op een Jazz Fest maakt de muziek niet tot jazz. De soms compacte, soms uitgesponnen nummers, gebaseerd op thema's uit de Argentijnse volksmuziek, laten Dino op zijn best horen. Het is muziek die duidelijk maakt wat voor een potentie de volksmuziek van Argentinië heeft als een creatieve muzikant als Dino Saluzzi zich erover ontfermt. Hij ontwikkelt een volstrekt eigen stijl, die zich niet laat etiketteren. Sinds die tournee is Saluzzi met regelmaat in Europa te vinden en heeft hij met succes hier een carrière weten op te bouwen. Inmiddels zijn er vijf cd's bij ECM verschenen. Verder twee van het trio Saluzzi-Mariano-Dauner en nog een van het trio Saluzzi-Friedman-Cox. Vera Brandes/Keulen/Interview In de loop van het gesprek kwam aan de orde of zij een interview voor mij kon organiseren. "Geen enkel probleem, als ik hem zoiets vraag heeft hij mij dat nog nooit geweigerd." Het organiseren van het interview een paar dagen later in Keulen bleek toch niet van een leien dakje te gaan. Of Dino was niet op zijn hotelkamer, of hij was bezig met repetities met Maria Joao, of de WDR Bigband, of ik kon niet. Op de valreep had Vera mij en Dino tegelijk aan de lijn. Vera: "Dino, ik ga vanavond met een goede vriend eten, vind je het gezellig om ook langs te komen? Misschien kan hij dan later nog een interview doen?" Met Dino's tegenwerping, dat hij zich geremd voelde omdat hij niet wist of hij zich in het Engels wel voldoende genuanceerd kon uidrukken, werd korte metten gemaakt. Vera: "Hij spreekt perfect Spaans". En daarna tot mij:"Drie leugentjes om bestwil binnen een minuut, maar het is in orde." Toen ik later Vera vroeg waarom zij mij eigenlijk had aangesproken terwijl zij niets van mijn bandoneon/Saluzzi fixatie afwist, kreeg ik als antwoord (met een lichtelijk triomfantelijke ondertoon): "Darum bin ich ins Geschäft." Dino bleek in het gesprek net zo naar woorden zoekend te zijn in het Engels als in het Spaans. Hij was toegewijd en geconcentreerd om dit gesprek zinvol te maken. Hij is er weliswaar van overtuigd dat hij zijn eigen weg moet gaan, maar evenzeer dat die weg vol twijfels en teleurstellingen zal zijn. Commercie of gekte van de dag zijn niet aan de orde geweest, wel een bijna metafysisch gefilosofeer over het belang van muziek en kunst in het algemeen... De gewaardeerde collegae Bij muzikanten maak ik een groot onderscheid tussen mensen die muziek uitvoeren en collegae die muziek creëren. Er zijn talloze goede bandoneonspelers, maar ik prefereer Leopoldo Federico als speler. Wat hij doet is esthetisch erg aangenaam voor mij. Piazzolla is van een andere orde, een bescheiden mens ondanks zijn enorme kracht, zijn mateloos creatief vermogen. Het was een eenzaam en moeilijk mens, hij heeft een moeilijk leven gehad. Zijn soort nonconformisme resulteert niet in een makkelijk leven. Piazzolla heeft voor de gevaarlijke weg gekozen. De meesten kiezen voor de veilige weg, maar de veilige weg leidt niet tot kunst. Er bestaat geen kunst zonder risico's. Piazzolla was er zó zeker van dat hij zijn eigen weg moest vinden dat hij de risico's genomen heeft. Velen spelen nu in zijn stijl, soms als een pose, soms onbewust, soms uit pretentie. Dat zijn de mensen die kunst gebruiken om te verduisteren, dat is een vergissing. Ik heb daar veel angst voor, ik wil niet verduisteren, ik wil een relatie aangaan. Er zijn niet twee gelijke mensen, twee gelijke gedachten en ook geen twee Piazzolla's. Er is geen opvolger van Piazzolla, zoals er geen opvolger was van Beethoven en dat is maar goed ook." Dino en het koper Zoals te verwachten heeft Dino hier een diametraal verschillende mening over. Saluzzi: "Ik houd ervan om met blazers te spelen. Het is een ander soort oorlog om mijn cultuur te bereiken. Soms klinkt een bandoneon als een Engelse hoorn, soms als een klarinet, soms als hobo of een trompet. Of het geluid van die blazers past bij een bandoneon, hangt van de verbeelding en de concentratie van de luisteraar af. Palle Mikkelberg (trompet op 'Once Upon A Time Far Away In The South') speelt als een engel. We gingen de studio in zonder gerepeteerd te hebben en het was fantastisch." De magische driehoek van Dino Saluzzi: het publiek, het instrument en de speler Het publiek Het instrument (mijn broer de bandoneon) "Wel ga ik in Denemarken filmmuziek maken. De film wordt mij zonder geluid vertoond, daarbij moet ik dan muziek improviseren. Mijn spel wordt dan later weer als geluidsband aan de film geplakt. Zo'n directe improvisatie geeft soms goede resultaten; 'Kultrum' is ook zo tot stand gekomen. Het hangt erg van de situatie af, soms geeft een improvisatie het beste resultaat, meestal ga ik de studio in met geschreven composities. De rol van de bandoneon is ontzettend belangrijk voor mij. Er moet ontwikkeling zijn. Als er niets gebeurd, gaat vroeger of later de bandoneon verloren. Ik heb twee jaar in Stuttgart gewoond en les gegeven op muziekschoolniveau. Ik heb ervaren dat er mensen zijn die echt willen leren bandoneon te spelen. Ik zou graag een muziekschool oprichten waar alles over het instrument geleerd kan worden, tonaliteit, instrumentatie, harmonie, contrapunt, alles wat het instrument zo bijzonder maakt. Ik zou dat graag in Duitsland doen omdat de bandoneon een Duits instrument is met een Argentijnse traditie." (het instrument werd door Heinrich Band in 1854 uit de Duitse Konzertina ontwikkeld, red.) De speler (Dino over Dino) "Als ik voor een strijkkwartet schrijf, of voor bandoneon en symfonieorkest probeer ik zo vrij mogelijk te zijn in mijn artistieke expressie. Als ik aan het componeren ben komt er altijd wel een tango langszij. De tango is een deel van mij, daarom ben ik ook tango. Het is voor mij niet belangrijk of ik tango speel of volksmuziek. De essentie is de ontwikkeling van het instrument, van de muziek. Ik maak niet het in de tangowereld gebruikelijke onderscheid tussen tango en de rest. Ik kom weliswaar voort uit de volksmuziek, maar tango en volksmuziek zijn in wezen niet verschillend. Het zijn beiden uitingen van mijn cultuur, ze komen elkaar ergens tegen als complementerende expressies van dezelfde wortels. Ik stel dus niet de tango als urbane expressie tegenover de volksmuziek van het platteland. De harmonieën, ritmes en melodieën neigen naar elkaar. Ik ben niet alleen door muziek beïnvloed, maar door kunst in het algemeen, dus ook door literatuur, schilderkunst, beeldhouwkunst enzovoorts. Ik ben gelukkig als ik naar moderne of goede eigentijdse muziek luister, maar net zo goed ben ik gelukkig als ik naar oude muziek luister. Er bestaat geen oude tango of nieuwe tango, het gaat erom of je een geestelijke toestand van gelijkmatigheid (tereno de igualdad) kan bereiken om echt naar muziek te luisteren en dat kan alle soorten muziek zijn. Het gaat om de toegankelijkheid, niet alleen voor muziek, maar voor kunst in het algemeen." Schoonheid is communicatie Communicatie versus egocentriciteit Toekomstmuziek |
|