Draai om je oren
Jazz en meer - Column



home  
    
    
 

The Hague Jazz... pizza...

Op naar de sterren en daar voorbij met spijkerjasje, zonnebril en Saab 900. Mijn persoonlijk motto van overleven in de Oostelijke Mijnstreek toen het er nog niet zo leuk was als nu. Vanuit Schaesberg naar het North Sea Jazzfestival. Niemand in het voormalige mijnwerkersdorp begreep waar ik heen ging en al helemaal niet waarom; wij hadden toch het WMC in Kerkrade?

door Jo Dautzenberg, juni 2009

Slapen op een parkeerplaats om dan na een nachtje Randstad, Haagse bluf en oor- en oogcontact met de jazzgrootheden, terug te keren. Nu in 2009 naar The Hague Jazz. Met Judith, camper en fietsen. We zijn weer eens met z'n tweeën, de tieners nemen dit weekend bezit van onze tuin en ook het Wereld Muziek Concours in Kerkrade staat weer voor de deur. Op naar Den Haag, voor dit weekend 'The Hague'. De eerste camping is bomvol Duitsers, Hemelvaart, oeps, helaas geen camperplaats. We rijden hoopvol door naar de tweede. Het recreatieve hoogtepunt Duinrell heeft nog één plekje. Inmiddels zitten we zo'n achttien kilometer van het Congres Centrum vandaan. Achttien kilometer heen... Lekker stukje fietsen, sightseeing langs de grote en nog grotere en megagrote Wassenaarse villa's, langs het provinciehuis en museum op, richting Scheveningen.

We naderen ons doel. Door de stille straten van de deftige ambassades met hun beveiligde hekken en daarbinnen erg dure auto's, weerklinkt het festival als een groot tuinfeest. Popmuziek dreunt meedogenloos. Popmuziek? Niet vandaag. Vandaag is dit een stukje cross-over, een stukje jazz, een stukje 'van alles'. Eigenlijk is het als bij de pizza; de bodem kenmerkt een pizza, wat je er ook opgooit, als de bodem maar goed is. Is de bodem van The Hague Jazz-pizza oké? Een impressie.

Van champagnebar tot broodje-kroket-buffet en weer terug. De tent is barstensvol toeschouwers bij het concert van De Dijk, levensgroot te volgen op een videoscherm: een fraaie registratie. Zodoende is ook achterin alles goed te zien.

Naar binnen. Weer een goed gevulde zaal. Het aandachtig luisterend en gevarieerd publiek hoort een geïnspireerd Yuri Honing Trio. Yuri, een meester in de kunst van het weglaten. Trapje op: hier komt zelfs Bach en poëzie voorbij. Een kleine 75 man staan stil bij een soortement tussendoor-podium met een grappige en tegelijk serieuze Bach-Bukowski-combinatie door de stoïcijnse zanger/pianist Willem van Ekeren. De hoek om: diverse 'Summertime' orakelende gitaristen, tussen twee dreunende hoofdpodia een presentatiepodium en een helpdesk. Even lachen met drie zingende dames, ze loodsen je zomaar de close harmony binnen. Trapje af: een dixielandorkest passeert en speelt lekkere Hollandse Swing; men soleert keurig enthousiast om de beurt en komt los in de tot podium omgebouwde hotelbar. De parkeergarage vormt het decor van Louis' Basement en Nina's Overnight. Het is duidelijk urban time in The Hague. Duizenden dertigers, veertigers, vijftigers, zestigers en verder, trekken kriskras trap op, trap af, van de kelder tot op het dak, door het World Forum op zoek naar hun stukje cross-over. In de tent, op de troon, allesoverheersend, een vierende en gevierde Solomon Burke.

Achttien kilometer op de fiets terug. Heen was geen probleem, maar terug? Drie keer zagen we diep in de nacht het bordje 'Wassenaar 3 km'. Van de fiets vallen we uiteindelijk, verkild tot op het bod, in de camper en geven ons over aan de zadelpijn. Volgende dag weer dapper op de pedalen, bruinen aan zee. Heerlijk vis eten, koel wijntje erbij en deinend op de golfjes terugfietsen, zo wil je dat een jazzy weekend verloopt. Kan het beter?

"Ja," zegt de taxichauffeur die ons 's avonds weer voor het World Forum afzet, "het North Sea Jazz Festival schijnt beter te zijn... volgens de gasten." Ziedaar het trauma van de organisatie, North Sea, nota bene hun eigen schepping, beter dan The Hague zelf? Iemand achter de coulissen haalt herinneringen op aan de glorietijd. Hij pleasde de grote sterren, was halve nachten met hen op pad, zodat ze Den Haag nooit meer zouden vergeten. En wat zien we nu: "De pers vergeet The Hague. Kijk maar om je heen, zie jij televisie...?", klinkt het bitter.

Traditionele jazzfoto's op posterformaat, ingelijst, zalen die vernoemd zijn naar jazzgrootheden, tussen twee concerten door naar de kapper of een gratis wellness-massage om de stijve nek en schouderspieren weer los te krijgen, een deftig ogende wijnproeverij, op elke hoek een jazz-dj (wat is dat eigenlijk?). Security onopvallend, doch attent aanwezig, "er kan altijd iets gebeuren" - wie durft dat nog te ontkennen in Nederland. Omroep West schept een eigen loungepodium, een voormalig minister (zo te zien wellicht de eerste jazz-dj van Nederland) presenteert 'West talks Jazz'. Eric Vloeimans begeeft zich naar het podium, de grote George Duke heeft net zijn keyboard gemold, de tent plichtmatig op stelten gezet, en vertelt in een diepte-interview dat hij meteen doorreist naar Parijs. Een meisje in een gestreept kermispakje loopt rond met een mandje en verkoopt broodjes kip. De grote sterren, ze hebben allemaal hun eigen poster en hangen als Griekse goden tussen de trappen, trappen die ik ga haten. Een koninkrijk voor een stoel. Met een vette zeventig kilometer fietsen in de benen, wat wijntjes en een broodje kroket, dreig ik ten onder te gaan aan het nimmer ophoudend defilé langs de over de diverse verdiepingen uitgestreken podia.

Het programma is zeer divers. Boris toont wat ie kan, trekt een bomvolle zaal, net overigens als Sabrina Star, die klinkt als een klok, maar zich vertilt aan de lengte van haar ballade. Het bewogen liefdeslied voldoet niet aan de hooggespannen verwachtingen, de spanning in de muziek ebt weg, maar ze weet de boel weer professioneel in beweging te krijgen. Love is alive. Vanavond komt de zo nodige intimiteit vooral van trompettist Ibrahim Maalouf. The Yellow Jackets grossieren als vanouds met fusion en jazzrock, en Klaus Doldinger's Pasport maakt de faam volledig waar. Magnus Lindgren, multi-instrumentalist uit Zweden, imponeert als speler en bandleider. En dan nog The Rare Groove Orchestra in de hotelbar: voor ons een knotsgekke, energieke en humoristische uitsmijter.

Jazz?! Het grote publiek komt tegenwoordig op andere dingen af; het is vooral de combinatie van alles, de bekendheid van sommige artiesten, er geweest zijn, erover praten. Soul is alive, pop is alive, Cuba is alive, traditional North African music is alive, hiphop is alive, funk is alive... The Hague Jazz? The Hague Jazz is alive, maar jazzmuziek?

De liefhebbers en zelfs enkele puristen komen hier toch wel aan hun trekken. Het programma biedt veel meer variatie dan je op een avond kunt bevatten. Overal is er wel plek en zicht op een podium. Overal gebeurt iets anders.

Ik besluit een bezoek aan het toilet te combineren met het kopen van een cd. Dat kan overal; er zijn veel kleine shopjes met veel jazz van alle tijden, alle stijlen, alle prijzen. Midden tussen de Coltrane-, Baker- en Miles-boxen zie ik een coverfoto van een voor mij bekend gezicht: Emiel van Egdom. Gitarist, componist. Een pop- en jazzmakker uit Heerlen. 2,50 Euro kost de samen met Bobby Militello in New York opgenomen cd van Emiel nu in Den Haag. Net iets minder als een broodje kroket. Maar alla, ik besluit hem onmiddellijk te kopen.

Weet The Haque Jazz boven de programmering in de breedte ook de diepte in te gaan? Is er de intieme sfeer, het concert waar de muziek je ontvoert, gijzelt, verraadt, streelt, in verwondering achterlaat? Dat achter je een hele karavaan door een hal heen en weer dreunt, kan je niets schelen; kun je in de massa een speld horen vallen? Voor ons zijn er van die momenten, zoals de politieke boodschap van Hugh Masekela, de sax van Yuri Honing, de geest in de trompet van Ibrahim Maalouf. Inherent aan dit soort massale programmering - volgens het bierviltje tachtig artiesten verdeeld over veertien podia - is het vooral fun, ritme, klankkermis en pijn aan de kuiten.

Iedereen zoekt, vindt voor even een plekje, haast zich verder, en komt uiteindelijk wel waar hij of zij moet zijn. The Hague Jazz vraagt wat tijd om te acclimatiseren, daarna ontvouwt zich een programma van een diversiteit waar de HEMA jaloers op zou zijn. Hoe je het ook bekijkt: veel variatie, betaalbaar, altijd kwaliteit. Als je me het op de man af vraagt, moet ik zeggen: jazz? Dat was waarom ik ging en waarom we genoten, so don't jazzytade... taste the Hague jazzpizza. En het spijkerjasje, de zonnebril en de Saab 900? Echt iets voor een jazzposter.

Jo Dautzenberg

Jo Dautzenberg (56) is docudrama-producent en werkt als directeur van Media Profile BV, een productiehuis van televisieprogramma's uit Limburg, dat in geheel Nederland actief is. Hij maakte onder andere documentaires over de wederopbouw in Bosnië, de gezondheidszorg in Oeganda en alfabetisering in Portugal. Hij is medeoprichter van Jazz on the Roof, het erkende jazzpodium in het Glaspaleis in Heerlen. Schrijven over jazz doet hij sinds 2007.