Draai om je oren
Festivalverslag



home  
    
    
 

Moers Festival verbindt muzikaal avontuur met commercie
vrijdag 17 t/m maandag 20 mei 2013, Freizeitpark & Rathaus, Moers

Een festivalverslag in woord en beeld door Ken Vos.

De twee laatste twee concerten van dag drie werden niet door collega Patrice Zeegers besproken. Church van keyboardspeler en producer Mark de Clive-Lowe moet ons een idee geven van de ontwikkelingen in Los Angeles. Church bestaat uit altsaxofonist Jaleel Shaw, basgitarist Tim Lefebvre en drummer Nate Smith. Voor extra kleur moet zangeres Nia Andrews zorgen. De muziek is gestoeld op dansritmes en heeft qua textuur veel weg van oudere acid jazz. De Clive-Lowe laat zelden de teugels vieren. De muziek begint en eindigt bij de leider. Daartegenover staat dat er binnen die strakke kaders heel goed gesoleerd wordt, zeker door Shaw, Lefebvre en de leider. Een zeldzame combinatie van danceritmes met serieus improvisatiewerk.

Technisch nog volmaakter, maar traditioneler is het spel van Terri Lyne Carrington. Ik geloof dat ze de meest soepele drummer is die ik ooit gezien heb. Haar formatie, Mosaic Project, bestaat zoals te verwachten uit een flink aantal vrouwen: pianiste Geri Allen, trompettiste Ingrid Jensen, de mij nog onbekende altsaxofoniste Tia Fuller en zangeres Lizz Wright. De mannelijke vertegenwoordiging bestaat uit gitarist Matt Stevens en bassist Tamir Schmerling. Het programma bestaat uit een brede stijlinvloeden, van gospel tot postbop, alle zeer smaakvol gearrangeerd in compacte stukken. Wright doet haar reputatie van een zangeres met diepgang in presentatie en timbre eer aan, terwijl er vooral door Jensen, Allen en de leidster meer dan verdienstelijk wordt gesoleerd. De muziek weet mij desondanks emotioneel niet helemaal te pakken.

Dag 4

De vierde dag begint wederom met de Morning Sessions, waarvan ik er drie bezoek. Op beide locaties bestaan de musici vooral uit de in het eerste verslag genoemde Polen en bandleden van respectievelijk Kathrin Scherers The Bliss en The Dorf. In de kantine springt gitarist Andreas Wahl (The Bliss) eruit, terwijl Maciej Obara weer een heel solide indruk maakt. Het niveau van het samenspel blijft als op de eerdere dagen wat voorzichtig en vrijwel niemand waagt iets te doen wat ten koste gaat van het collectief.

De laatste dag is de laatste jaren niet de sterkste dag van het festival. Het is net als de eerste dag een halve dag, omdat nu eenmaal veel mensen met het openbaar vervoer op tijd terug moeten zijn in een of andere uithoek van Duitsland. Daarnaast heeft de organisatie de neiging om voor die dag tenminste enkele 'feestbands' te programmeren. Dit jaar keerde men terug naar de oude opzet met vier onderdelen in de hoofdtent, zij het dat veel van de optredens gekoppeld leken aan een of ander apart projectsubsidiepotje.

De middag begint met 'Local Heroes', een presentatie van musici van scholen in Moers. Eerst zien we een duo van een basgitarist en een gitarist met drumsynthesizer op de laptop, die een vaag soort avantrock spelen. Daarna is het de beurt aan André Meisner, een jongen die op altsax improviseert over opgenomen en live gegenereerde elektronische klanken. Hij maakt muzikaal de meeste indruk. Dan volgt Owners Manual, een vlotte poprockformatie met zangeressen, die ondanks de tienerleeftijden al veel podiumervaring lijkt te hebben. Muzikaal het minst interessant, maar het leukst om te zien is een workshop met leerlingen uit de vijfde klas lagere school waarin ze ook aan conduction mogen doen.

Duitsers nemen cultuur iets serieuzer dan de Nederlanders, die alleen lijken geïnteresseerd in korte-termijn opbrengsten, ook als dat ten koste gaat van de levenskwaliteit. Zo worden de omroeporkesten er gelukkig nog gesubsidieerd, zodat ook een optreden van de NDR Big Band met bekende gasten nog betaalbaar blijft. Arrangeur Michael Gibbs dirigeert zijn bewerkingen van Pink Floyd's 'Dark Side Of The Moon'. De gastsolisten zijn gitarist Nguyên Lê, vocaliste Maria Pia de Vito en drummer Gary Husband. Gibbs weet de overbekende stukken een extra dimensie te geven door vooral mooi met de kopersecties te werken. Van de gasten voegen de solo's van Lê het meeste toe, waarbij opvalt hoe goed hij met de dynamiek van het orkest omgaat. De trommen van Husband worden te hard versterkt. Zijn wat stijve timing kan mij niet bekoren. Ook de bijdragen van Pia de Vito kunnen mij emotioneel niet raken. Aan de andere kant overtuigt de bigband wel als geheel, met precies gespeelde ensemblepartijen, gedegen timing en goed solowerk.

Bassekou Kouyaté wil met zijn familieband Ngoni Ba de aandacht vergroten voor dit banjo-achtige tokkelinstrument. Kouyaté is nog opgevoed in de griot-tradities van Mali en verbindt die met zijn band met de rock en de blues. In de band zitten behalve zijn vrouw tenminste twee van zijn zoons en enkele neven. De ngoni met zijn brede geluid staat centraal en wordt bespeeld in vier stemmingen. Daarnaast zijn er twee percussionisten (op tama en kalebas) die zich ook ontpoppen als energieke solisten. Op zijn best is Ngoni Ba als er een ronkende groove opgebouwd wordt en er vervolgens puntig getimede solo's overheen worden gespeeld. Het is natuurlijk een typische feestband voor wereldmuziekfestivals, maar met het donkere timbre van de verschillende ngoni's en de beknopte percussie creëert Ngoni Ba wel een pakkende eigen sound.

De uitsmijter blijkt een leuke parodie op de r&b en funk van de jaren zeventig en tachtig, die speelt met de bekende showtrucs van acts als James Brown, Kool & The Gang en Earth, Wind & Fire. Fred Kellner Und Die Famosen Soulsisters is een band uit Koblenz, die een show brengt waarin de scheidslijnen tussen visuele overdrijving en serieus musiceren vervagen. Het verhaal achter de show is dat al die hits (en dus ook showelementen) eigenlijk zijn bedacht door ene Fred Kellner. Een leuk detail is dat alle musici in de line-up daarom ook 'Fred Kellner' heten. Muzikaal is de band zeker geen openbaring en eerder competent, maar het concept zet je wel aan het denken over de relatie tussen show en muzikale inhoud.

Het festival was in 2013 qua publieksbereik een succes en Moers blijft een schoolvoorbeeld van hoe je muzikaal avontuur en commercie kunt verbinden, zonder het cynisme en epigonisme van veel andere muziekfestivals. Een leuk extraatje was dat we enkele acts die het Europese zomerfestivalcircuit aan zullen doen op deze manier al eerder hebben kunnen zien.