Draai om je oren
Festivalverslag



home  
    
    
 

The Ex houdt blik gericht op de toekomst

Op 21 en 22 december bood jubilaris The Ex op zijn eigen festival in het Bimhuis een mooie inkijk in de muzikale werelden die zij de afgelopen 33 1/3 jaar hebben verkend. Hierbij werd zeer gul met de spotlights omgegaan, zodat - hoewel The Ex centraal stond - de band nergens overheerste. Met de nadruk op de toekomst en de samenwerkingsverbanden die Nederlands meest eigenzinnige band kenmerken, was alles van literatuur tot free jazz en Ethiopisch circus vertegenwoordigd in een uitgebreid programma dat nooit verveelde.

door Sybren Renema, januari 2013

Een van de grote kwaliteiten van het festival was de ad-hoc samenstelling van veel van de optredens, waarbij generaties en nationaliteiten zo veel mogelijk overbrugd werden. Dit leidde direct tot een spannende vorm van instabiliteit die de muziek ten goede kwam. Het eerste optreden, een samenwerking tussen schrijver A.L. Snijders, trombonist/lapsteelgitarist Joost Buis en toetsenist/ontregelaar Oscar-Jan Hoogland, was hiervan een uitstekend voorbeeld. Snijders' korte en vaak beeldende verhalen werden door Buis met klanklandschappen begeleid. Deze werden vervolgens door Hoogland weer van muzikale interpunctie en commentaar voorzien. Wat resulteerde was een vorm van spoken word, die bijna nostalgisch was in zijn hang naar anarchie.

Het contrast met Jackdaw With Crowbar kon niet groter zijn. Deze Britse underground-band, die in de jaren tachtig hetzelfde circuit aandeed als The Ex, is recent opnieuw bij elkaar gekomen en bracht een extreem gechoreografeerd optreden. De live-videoprojecties, handelsmerk van de band, waren digitaal in plaats van analoog en de formatie was met drie man kleiner dan eerdere incarnaties. Met twee zangers en een centraal opgestelde gitarist/toetsenist leek het geheel gedoemd tot disbalans, maar met de krachtige projecties, slim gekozen attributen en algehele Britse punkmentaliteit presenteerde Jackdaw With Crowbar zich in ieder geval visueel als een soort duistere DIY-tegenhanger van de Pet Shop Boys. De muziek was al even tegenstrijdig: tegelijkertijd groots en dramatisch, maar allemaal terug te voeren tot een enkele muzikant en een verdekt opgestelde computer. Het hoge tempo en de razende energie van de zangers maakten dit optreden tot een vroeg hoogtepunt van het festival.

Op het Amsterdamse deel van het internationaal tourend jubileumfeest was impro, naast Ethiopische muziek de belangrijkste liefde van The Ex, volop vertegenwoordigd, met onder meer een uitstekend optreden van het onlangs uitvoerig op deze website besproken Cement (Ab Baars, Ken Vandermark & Paal Nilssen-Love) en een aantal speciaal voor het festival gecureerde groepen. Een hiervan was een uitstekend kwartet bestaande uit Peter Evans, Mats Gustafsson, Terrie Ex en Onno Govaert. De muziek was wat je van de samenstelling mag verwachten: extreem luid, met nauwelijks ruimte om na te denken. Evans, wiens volledige controle over de trompet en zaktrompet onder meer blijkt uit zijn circulaire ademhaling en vocale technieken, speelde een barrage van noten, terwijl Gustafsson zijn kenmerkende oerkreten losliet op zijn baritonsax en het Bimhuiscafe. Veteraan Terie Ex en de relatief jonge Govaert zorgden voor voldoende druk om de ketel flink over te laten lopen. Later op de avond bracht gitarist Jasper Stadhouders, Govaerts bandgenoot in Cactus Truck, nog een gitaarsolo die volop bewees dat de nieuwe garde niet alleen zelfverzekerd, maar goddank ook voldoende luid is. Stadhouders werd na afloop van zijn optreden terecht beloond met een vriendelijk plagerig schouderklopje van Terrie Ex, die de dag erna zelf een al even verschroeiende solo speelde.

De sympathiekste bijdrage van het festival kwam ongetwijfeld van het Ethiopisch Circus Debre Berhan. Hoewel er wel eens wat mis ging en de jongleermessen soms vervaarlijk over het podium stuiterden, was het pure enthousiasme van de artiesten aanstekelijk. Dat daarbij twee dagen achter elkaar precies dezelfde routine werd uitgevoerd, hinderde weinig, omdat de begeleidende muziek tweemaal verschillend was. Op de eerste avond was de muziek traditioneel Ethiopisch, terwijl op de tweede dag Wolter Wierbos en Paal Nilssen-Love met zichtbaar plezier een soort Fellini-achtige circusmuziek improviseerden. De circusdirecteur, die in een licht gebroken Engels uitlegde hoe zijn circus goed was voor het zelfvertrouwen van een nieuwe generatie, fungeerde hierbij als aanjager. In deze rol van ambassadeur voor de Ethiopische cultuur besprak hij ook de muziek van Zerfu Demissie, die de begena, een soort harp, bespeelde. De diepe, repetitieve aard van de begena vindt zijn basis in de orthodoxe kerk en Demissie's optreden was het meest kalme, sacrale en rustgevende moment in een verder vooral woest doorjagend programma.

Uiteraard trad The Ex zelf ook op. Op beide dagen bracht de band verschillende aspecten van hun oeuvre, met op vrijdag aandacht voor Ethiopische onderzoekingen en op zaterdag eigen werk, steeds begeleid door Brass Unbound. Deze imposante blazerssectie, bestaande uit Vandermark, Gustafsson, Baars, Evans en Wierbos, speelde de rol die saxofonist Getatchew Merkuria wegens ouderdom niet meer kan of wil spelen. Evenals in 2010, toen The Ex & Brass Unbound uitgebreid door Groot-Brittannië toerden, was het spelplezier aanstekelijk. Of het nu Ethiopische nummers betrof of eigen werk, de energie van de band, vaak nog versterkt met allerhande gasten, liet het publiek dansen in de stoelen. Van 'Hidegen Fujnak A Szelek' tot '24 Problems' doorliep The Ex zijn hele geschiedenis en liet tegelijkertijd zien wat er allemaal nog mogelijk is voor de toekomst. Zonder twijfel was dit 33 1/3-festival een absoluut muzikaal hoogtepunt van het jaar. We kunnen slechts hopen dat The Ex zijn 45- en 78-jarig jubileumfeest ook zal halen.

Klik hier voor een fotoverslag van dit concert door Maryse Brenee.