Draai om je oren
Artikel



home  
    
    
 

Stranger Than Paranoia 2009
24 t/m 30 december 2009, Paradox, Tilburg

Wie de eindejaarsdrukte wil ontvluchten kan in de laatste week van december muzikaal asiel aanvragen in Tilburg, tijdens het zeventiende Stranger Than Paranoia Festival in de zalen van Paradox en 013.

door Koen van Meel, december 2009
foto's: Cees van de Ven

Het begon volgens organisator-saxofonist Paul Van Kemenade allemaal als een grap toen hij jaren geleden met zijn kwintet besloot om op kerstavond een optreden te geven. Tegen de verwachtingen in was het concert een succes en geleidelijk aan evolueerde het gebeuren de daaropvolgende jaren naar een heus festival, dat traditiegetrouw plaatsheeft van 24 tot en met 30 december, met een pauze op eerste en tweede kerstdag.

Voor de programmatie is er volgens Van Kemenade maar een constante en dat is de aanwezigheid van het improvisatorische aspect. Binnen dat kader is alles mogelijk: van jazz over traditionele muziek tot rock of noise. Echte thema-avonden zijn er niet, maar naar goede gewoonte start het festival op 24 december wel met Paul Van Kemenade zelf. Eerst is hij te horen in duo met Ernst Reijseger, een van de allergrootste improvisatoren op cello en een muzikant die de opzet van Stranger Than Paranoia perfect lijkt te belichamen. Zo was Reijseger reeds te horen met Derek Bailey, Gerry Hemmingway en Han Bennink, en speelde hij samen met de klassieke cellist Yo-Yo Ma en muzikanten uit Senegal, Sardinië, Turkije en Iran. Meteen na dit duo is Van Kemenade te horen met zijn kwintet (een echte working band die in verschillende gedaanten bestaat sinds 1982), dat door de komst van Reijseger en trompettist Angelo Verploegen uitgebreid wordt tot een septet.

Ook later op het festival is de entourage van de saxofonist aanwezig, onder meer door een carte blanche voor zijn oude makker bassist, pianist en componist Niko Langenhuijsen, die met zes andere muzikanten een brug zal slaan tussen jazz en flamenco. Andere transmuzikale ontmoetingen zijn er met het trio van snaarvirtuozen Stochelo Rosenberg, Zoumana Diarra en Jan Kuiper, die respectievelijk uit de zigeunermuziek, de Malinese traditie en de jazz komen, en een eerste ontmoeting tussen gitarist Philip Catherine en de Nederlandse pianist Harmen Fraanje.

Na de eerste dag trekt het festival de jazz internationale open met enkele opmerkelijke gasten, zoals het Italiaanse duo van de humoristische saxofonist Gianluigi Trovesi en accordeonist (en ex-advocaat) Gianni Coscia. De twee namen reeds vier cd's op (de laatste 'Round About Weill' dateert alweer van 2005) en demonstreerden daarop een onbeschaamde Italiaanse lyriek, die ontroert, opwindt, swingt en met de luisteraar over de vloer walst. Het volkse aspect van hun muziek klinkt heerlijk speels, maar is muzikaal heel doordacht: een lach en een traan met twee muzikanten die niets meer te bewijzen hebben en dat keer op keer opnieuw laten horen.

Van een heel ander kaliber is Vijay Iyer, een van de prijsbeesten van de jonge lichting Amerikanen. Achtendertig jaar oud sleepte hij de afgelopen jaren al vijf Rising Star Downbeat Awards in de wacht als jazzmuzikant, pianist en componist. Net als Reijseger is Iyer iemand die zich niet graag tot een richting bekent. Zo is hij tegenwoordig niet alleen te horen met zijn 'klassieke' jazztrio, maar heeft hij ook een kwartet met onder anderen de opkomende saxofonist Rudresh Mahanthappa (die net als Iyer Indische wortels heeft) en speelde hij samen met Mike Ladd, DJ Spooky en High Priest (Antipop Consortium). Daarnaast vond hij nog de tijd om aan een remix voor Talvin Singh te sleutelen en schreef hij muziek voor orkest en strijkkwartet. Momenteel ligt de nadruk voor hem op zijn trio, waarmee hij pas het album 'Historicity' uitbracht, maar op Stranger Than Paranoia zal hij een soloconcert spelen.

Naast de kleinere bezettingen biedt Stranger Than Paranoia ook grotere orkesten een podium. Zo brengt het hbJAZZo (Brabants Jazz Orkest) op 27 december een programma dat gewijd is aan de muziek van de Amerikaanse componist en bandleider Stan Kenton, een van de voortrekkers van wat toen gemakshalve 'progressie jazz' genoemd werd. De muziek van Kenton kreeg soms quasi-symfonische allures door het toevoegen van strijkers, het verder uitbouwen van de blazerssectie of de flarden atonaliteit die sporadisch in zijn stukken opdoken. Wat zo in het verleden als brug gezien kon worden tussen jazz en klassiek, wordt op Stranger Than Paranoia 21ste eeuws belichaamd door het Clazz Ensemble, een kleine bigband in de moderne lijn: niet vies van hoekige ritmes, vreemde melodische lijnen, onverwachte wendingen en een idioom dat de swing ver voorbij kan gaan. Het geluid van dit in 2007 opgerichte ensemble doet bij momenten denken aan de mobiele klankwolken van Maria Schneider, maar aangezien het orkest werkt met compositieopdrachten (een gewoonte die doorgaans geassocieerd wordt met klassieke muziek) kan dit aspect even goed naar de achtergrond verschuiven. Dat het Clazz Ensemble niet denkt in termen van louter klassiek of jazz, wordt verder geïllustreerd door de musici, die achtergronden hebben die variëren van het Metropool Orkest, Bob Brookmeyer, WDR Bigband, Jazzorchestra Of The Concertgebouw tot klassieke ensembles als Philharmonia Amsterdam, Asko of De Volharding.

De laatste dagen van het festival verschuift de focus gedeeltelijk richting de meer poppy gedaante van jazz en geïmproviseerde muziek. Met de Benoit Martiny Band (29 december) en het Britse acid jazz-boegbeeld Ronny Jordan (30 december in 013, begeleid door het Nederlandse Leslie Nielsen Trio) en de energieke soul- en funkband Defunkt Soul van Joe Bowie richt het festival zich expliciet op de benen. Dat de muzikale spoeling daarbij soms wat dun wordt, is een spijtig neveneffect. Vooral de met funk en hiphop verdunde jazz van Jordan klinkt wel erg vluchtig. Gelukkig biedt de slotdag ook het multimediaproject 'Cities Change The Songs Of Birds' van Jacob TV (Jacob Ter Veldhuis). Voor deze situatieschets over leven in de marge van de maatschappij tekent Ter Veldhuis voor het beeld, de tekst en de compositie, waarbij de muziek uitgevoerd wordt door zes jazzmuzikanten, aangevuld met harpiste Lavinia Meijer.

Waar de poppy jazz op Stranger Than Paranoia soms wat licht uitvalt, herwint het festival aan relevantie wanneer het jazzetiket helemaal achterwege gelaten wordt. Vooral 28 december biedt daarbij perspectieven voor festivalbezoekers die het minder met jazz hebben – al zullen die er dan wel het duo Catherine-Fraanje bij moeten nemen. Een opvallende verschijning binnen het festivalprogramma is singer-songwriter Duffhües die in het verleden nog actief was bij erg uiteenlopende bands als The Gathering, Chacda en Blimey! In zijn songs koppelt hij het donkere van Nick Cave aan het ongepolijste van John Cale. Op 28 december treedt hij op met een strijkkwartet (dat ook te horen is op zijn recentste, donker-romantische plaat 'Songs Of Mystery & Other Tales...') en accordeonist Oleg Fateev.

De 28ste december wordt besloten met een optreden van de Zwitserse zangeres en accordeoniste Erika Stucky, die net als Duffhües een zwak heeft voor songs. Ze zong bij diverse bigbands, was te horen in Carla Bley's opera 'Escalator Over The Hill', maar liet in haar eigen bands vooral een voorkeur voor afwijkende bezettingen horen: in duo met trombonist Ray Anderson, met The Sophisticrats (vier zangeressen en een bassist) en in Mrs. Bubble & Bones, waar ze begeleid wordt door twee blazers. Op Stranger Than Paranoia is ze te horen in een trio met tubaspeler Jon Sas en percussionist Lucas Niggli. Deze spelen ook mee op Stucky's album 'Princess' (2005), waarop ze naast eigen nummers ook covers brengt van een hele reeks muzikale edellieden als Prince, Queen en de kings Michael Jackson en Elvis Presley.

Dagtickets voor Stranger Than Paranoia kosten 18 euro. Het eerste concert begint telkens om 20.30 uur.

Dit artikel verscheen eerder op Kwadratuur.be