Draai om je oren
Reportage



home  
    
    
 

Waarlijk opgestaan (en gedanst)

De Apostolic Deliverance Temple, gefundeerd op 4 juli 1976 (Bicentennial Sunday), is een middelgrote kerk aan Norris Road op een steenworp van de Elvis Presley Boulevard, een kilometer of twintig buiten het centrum van Memphis. Inderdaad, nog geen drie mijl van Graceland – dat momenteel toe is aan een grote opknapbeurt. De Lisa Marie, de viermotorige privé-Convair 880, staat nog wel aan de kant van de weg, maar bijvoorbeeld de Cadillac van The Pelvis is opgeslagen en in feite zijn alleen de souvenirshops open. De erven hebben alle belangen in de Presley-industrie verkocht – op Graceland na. De wijde omgeving gaat op de schop en we mogen verwachten dat het landgoed Disneyworld binnen niet al te lange tijd naar de kroon gaat steken.

door Eddy Determeyer, april 2017

Maar daarvoor zijn we deze Paaszondag natuurlijk niet in Memphis, Tennessee. We zijn hier voor de dienst van Apostle Perry Maples, ThD, DD, Pastor & General Overseer van Temple voornoemd. De drie motto's van de kerk vatten de core business aardig samen: 'Moving forward together with brotherly love', 'We care about your soul' en 'Throwing out the lifeline'.

De Apostle heeft me voor de dienst, op het grasheuveltje naast de kerk, reeds hartelijk welkom geheten. Een gelovige uit het verre Nederland! Tijdens de dienst zal hij het trots herhalen: naast Reverend Jones uit Mobile is Brother Eddy uit Groningen onze speciale gast! Door God zelve is hij gezonden: Brother Eddy had immers op honderden andere plekken in Memphis kunnen gaan kerken, maar de Heere heeft hem naar des tempels gaarde geleid.

En met reden: de dienst kan zich meten met de beste shows die ik op dit gebied in New Orleans heb beleefd. Nadat ik, als verstokte zondaar, op een van de achterste van de zestien rijen heb plaatsgenomen kan ik nog net de laatste minuten van de zondagsschool meepikken en zonder enige overgang beginnen drie soulvolle vocalistes aan de inleidende gezangen. Dit belooft veel goeds en inderdaad, daar zoekt het 23-koppige ADT Rapture Ready Choir zijn plekken achter het altaar reeds op.

Aan het interieur van een zwarte kerk kun je vaak de kwaliteit en het succes van de betreffende reverend aflezen. De Apostolic Deliverance Temple is overwegend in stralend wit uitgevoerd, met gouden decoraties. Aan het bruine houten plafond hangen kroonluchters, het tapijt is uitgevoerd in royaal aubergine en door de smalle hoge vensters ter rechterzijde stroomt het licht binnen in letterlijk alle kleuren van de regenboog. Alle kleuren van de regenboog zijn ook vertegenwoordigd in de schitterende japonnen van de gelovigen; negentig procent van de kudde is van de vrouwelijke kunne. Met name de hoofddeksels duiden erop dat we hier te maken hebben met een ouderwetse Easter Parade. De ushers, die de gelovigen naar hun plaatsen leiden, hebben simpele witte wolkachtige netjes op de coiffures. Je ziet een enkele traditionele tignon (in model geknoopte hoofddoek), maar er zijn ook reusachtige taartachtige structuren met glittergarnituren en alle denkbare architectonische creaties daartussenin.

Dat koor dus, dat door de dochter van de dominee wordt geleid. Haar weidse gebaren, acrobatische contorties en vastberaden, energieke danspassen hebben effect: het koor loeit en krijst, een hagelstorm die de gelovigen meedogenloos teistert, om een moment later honingzoet te harmoniëren. De opbouw is geraffineerd. Climaxen krijgen reliëf. De dirigente zelf zingt extatische solo's. De gemeente gaat zich intussen te buiten aan intense lindy hop-achtige bewegingen in het middenpad, het mishandelt tamboerijnen en klapt spastisch keer op keer dubbel. Dan is het tijd voor olieën op de baren, balsem op de verzamelde zalige zielen.

Het combo terzijde van het altaar, onder de Stars and Stripes, piano, Hammondorgel en drums, laat zich evenmin onbetuigd. De muzikanten begeleiden ook dominee Maples geraffineerd. Aanvankelijk is zijn preek noglow-key. Het onderwerp is 'Satan's attempt to destroy God's plan.' Het hele Oude Testament passeert de revue, van Adam tot en met Josef, met de nadruk op de pogingen van de boze om God diens koninkrijk te ontfutselen. Ha! Onzalige plannen! Na een kwartiertje gaat het orgel frasen onderstrepen, voegt de piano haar jazzy commentaar toe en laat de drummer zijn bekkens tikken en sissen. Meer en meer gaat het prediken over in zingen. Het wordt luider en abstracter. Een dame schuin achter me, op de laatste rij - ze lijkt op Mahalia Jackson - wedijvert met het orgel in haar commentaar, een ononderbroken stroom uitroepen. "Oh yes, it is!" roept ze en "Right now!" en "Hee-hee!" Even later zou ze zich als de krachtigste tamboerijnspeler ontpoppen die ik ooit gehoord heb.

Reverend Maples is inmiddels afgedaald van het altaar naar het middenpad, waar hij zich uitput in elegante pirouettes en danspasjes. Hij is gekleed in een smetteloos wit kostuum, witte molières, een roze overhemd met een rode das. De bovenkant van zijn haar is geel geperoxideerd.

Een eveneens witte zwarte dame, qua afmetingen het evenbeeld van blueszanger Jimmy 'Mr. Five by Five' Rushing, raakt in trance. Met verbazingwekkende souplesse beukt ze heftig op en neer, waarbij ze serieus gevaar loopt zich akelig te verwonden aan de kerkbank. Maar de ushers en de diakens hebben duidelijk eerder met dit bijltje gehakt en schieten geroutineerd te hulp. Ze wuiven haar koelte toe en haar witte dophoedje wordt een paar rijen verderop ook weer van onder de banken opgevist. Een jongere geloofsgenote rent keihard via de zijpaden de kerk rond. Een twaalfjarige knaap maakt met hiphop-gebaartjes duidelijk dat het gebodene zijn instemming heeft.

De Bijbelteksten worden door de aanwezigen meegelezen, sommigen hanteren de beduimelde en verfomfaaide familiebijbel, anderen volgen de teksten op e-reader of iPad. Zondaren en zondaressen worden naar voren geroepen (ik hou me laf afzijdig) en werpen zich boetend ter aarde. De ruimte barst bijkans uit elkaar van de spirit. Jankend van de soul kan ik alleen maar denken: dit is het gewoon, de rest is flauwekul.

"Hee, je hebt je wel vermaakt, hè? Ik heb het wel gezien, hoor," lacht een van de diakens bij het verlaten van de Temple en dient me een boks toe.