Draai om je oren
Artikel



home  
    
    
 

Het houdt nooit meer op
100ste Doctor Jazzdag, zaterdag 18 oktober 2014, Hof van Wageningen

Als je maar jong genoeg geïnfecteerd bent, gaat het nooit meer weg, weten we. Wanneer je op je tiende met jazzmuziek in aanraking bent gekomen, liefst in een live situatie - maar per se noodzakelijk is dat niet - zit je er voor de rest van je leven aan vast. Dus indien je net voor de oorlog Glenn Millers 'In The Mood' hoorde, of het Ramblers Dansorkest bij het bloemencorso in actie hebt gezien, is hotel Hof van Wageningen jouw bedevaartsoord.

door Eddy Determeyer (tekst) en Fokke Kooistra (foto's), oktober 2014

Het horecacomplex is het toneel van de tweejaarlijkse Doctor Jazzdagen, waar de sterken zich verzamelen. Daar zie je, hoe een rij vóór je twee veteranen elkaar uitleggen hoe dat ritmepatroon van 'Someday Sweetheart' ook alweer in elkaar steekt. Daar zie je schuin naar rechts een meiske van rond de tachtig om kwart over twaalf gretig in haar pilsje happen. Daar lopen kwieken met ogen star van gelukzaligheid de trap af, met in hun linnen tasjes de buit die ze zo-even op de platenmarkt hebben gescoord. ("'The Mooche', op Brunswick, in nieuwstaat.")

Voor de honderdste editie van de Jazzdagen had de organisatie stevig uitgepakt: niet minder dan vijf orkesten hielden de stemming erin. En niks geen dixieland. Die merkwaardige aberratie ligt inmiddels definitief achter ons, zo lijkt het. Tegenwoordig nemen muzikanten hun werk behoorlijk serieus. En de leiders weten je precies te vertellen waar ze de mosterd opgegraven hebben. Zo legt Tom Goossen, kornettist van Miss Lulu White's Red Hot Creole Jazzband uit wat de negotie van die 'Hot Tamales Man' was. Die verkocht hete mais, gevuld met gekruid vlees. Van hem vernemen we ook dat Mabel, van 'Mabel’s Dream', het nichtje was van Ike Robinson. Goossen speelt korte soli in een koele stijl, zou je kunnen zeggen. Zeker wanneer je hem vergelijkt met de naast hem zittende trompettist Ad Houtepen. Die blaast met veel meer bravoure.

Solo's worden kort gehouden, dat geldt ook voor de andere bands. Echt briljante solisten zijn dun gezaaid. Het gaat om het groepsgeluid – en bovendien, wanneer King Oliver en Fletcher Henderson niet meer dan drie en een halve minuut tot hun beschikking hadden, waarom zouden hun acolieten uit Breda of Enkhuizen dan meer nodig hebben?

Je kunt je afvragen wat de zin is van al dit naarstige gespit in het verleden. Welnu, het werk van Jelly Roll Morton en al die andere pioniers was destijds, ongeacht alle latere ontwikkelingen, afgerond. Net zo perfect als de tango's van Carlos Gardel, of Pablo Picassos 'Meisje voor een Spiegel' van 1932. Het is waardevol om dat live mee te maken. Ook wanneer een arrangement voor elf man teruggesnoeid moet worden naar zes, zoals de Never Mind Jazz Band liet horen. Met goede oortjes en een dito geluidsversterking lukt dat heel aardig.

De Four Stream Jazz Band heeft de New Orleans-revivalstijl van de jaren zestig en zeventig als uitgangspunt genomen, maar de ritmesectie is soepel genoeg om verder te kijken dan Preservation Hall. Met negen man op een extreem laag volume spelen, laat dat maar aan de mannen van het Euphonium Novelty Orchestra over. Dat Twentse orkest grossiert in geheimzinnige namen: Tiny Parham, George Brunis, A.J. Piron. Aardig wat Piron. Hier hoorden we ook de eerste echt solide zang van de dag, uit de mond van Frank Douglas – wanneer die tenminste niet zo'n enge hoge noot probeerde te grijpen.

Het lekkerste hapje was voor het laatst bewaard. De gemiddelde leeftijd van The Revivalists ligt niet alleen beduidend lager dan die bij de overige bands; het muzikale niveau, de instrumentbeheersing zijn navenant indrukwekkender. De blazers gaan vrijmoedig met hun materiaal om en voor een vuige battle tussen trompet en tenorsax trekken ze hun neus niet op. Saxofonist Jonny Boston verraste met een solo in 'Cherry', die intenser werd naarmate het volume afnam – en uiteraard in een onbeschaafde orgie eindigde. Maar voor de kick van de dag zorgde sousafonist Jaap de Wit Sr, die in 'You Always Hurt The One You Love' een woeste doch coherente solo van meerdere chorussen blies, waarbij hij ook nog eens een Sint-Vitusdans uitvoerde die het hele podium opeiste. (Er werd niet bij verteld dat zijn fysiek onmogelijke prestatie uitsluitend gerealiseerd kon worden dankzij loeisterke elektromagneten die geniepig in het plafond waren weggewerkt.)

Op zo'n feestelijke gebeurtenis hoort ook altijd iemand in het zonnetje gezet te worden, zoals dat heet. Deze keer was dat het Wageningse jazzpaar Wim en Ria Wigt, die geloofd werden vanwege hun boekingsactiviteiten (onder anderen Chris Barber en de Dutch Swing College Band) en hun platenlabel Timeless. Wim memoreerde dat zijn Chris Barber dezer dagen in Hamburg staat voor een publiek van 1500 jazzers. Ria wees erop dat hun werk het kleine Wageningen toch maar mooi op de wereldkaart heeft gezet. Dexter Gordon, Art Blakey, Chet Baker, zij allen wisten de weg te vinden naar de City of Life Sciences. "Neem de volgende keer je kinderen en kleinkinderen mee," adviseerde haar echtgenoot. Na afloop kondigde mistress of ceremonies Tonny van Deijl aan dat de 101ste aflevering op 11 april 2015 gepland staat. Een ouder heertje voor mij noteerde de datum zorgvuldig en ik zag hem denken "Biarritz kan wel een week eerder, maar die kleinkinderen, voordat ik die enthousiast heb..."