Draai om je oren
Festivalverslag



home  
    
    
 

North Sea Jazz Festival 2014 Dag 1

Je kunt ervoor naar Curaçao gaan of naar Hong Kong. Of je reist naar de wereldhaven van Nederland en laat je onderdompelen in jazz, blues, world, hiphop en fusion. Bijna 70.000 mensen hebben dat ook dit jaar weer gedaan. Eind juni zijn de drie festivaldagen al uitverkocht. Vooral in de kleinere zalen valt volop te genieten van de nationale en internationale jazzscene, met gevestigde namen, aanstormend talent en grensverleggende experimenten.

Een festivalverslag door Heleen van Tilburg. Vrijdag 11 juli 2014, Ahoy, Rotterdam.
Foto's: Louis Obbens, Cees van de Ven & Andrew Whitton.

Een van de eerste optredens is van pianist en componist Tony Roe. Dit jaar is de compositieopdracht voor hem, omdat hij manieren zoekt om improvisaties in muziek, beeld en geluid samen te voegen. "De composities van Roe zijn helder en verrassend," zegt de jury. "Hij kiest voor een thema of motief en diept dit verder uit met veel gevoel voor sfeer en dynamiek." Vanavond neemt Roe het publiek mee in de kunst van de wenkbrauw. Dat doet hij samen met Joris Roelofs op basklarinet, Jeffrey Bruinsma en Oene van Geel op viool en Jörg Brinkmann op cello. Marcel Wierckx tekent voor de elektronica en Kenzo Kusuda voor het dansen.

Het kwintet begint met tikkertje spelen met een rifje op de piano en strijkende violen. Op het scherm achter het podium zijn wenkbrauwen te zien. Een gezicht is in tweeën geknipt en de beelden zijn iets verschoven ten opzichte van elkaar. Elke helft zijn eigen frons, een hilarisch samenspel. Op een smal, hoog scherm aan de rechterkant van het podium vallen grote spelden naar beneden, precies op de maat van de muziek. Eindeloos vallen, eindeloos opnieuw beginnen, eindeloos leuk. In een volgend nummer is op dit scherm de Japanse danser Kenzo Kusada te zien. Zijn bewegingen zijn versneld gemonteerd, waarbij er steeds korte fragmenten zijn weggelaten. Het dansen is zo, in al zijn sierlijkheid, ook gefragmenteerd. Een knipoog naar oude films? Kusada komt natuurlijk ook live op het podium. Hij begint met zijn handelsmerk: improviseren op dat wat zich op zijn dansterrein voordoet. Vanavond zijn het de lege stoelen op de eerste rij. Zijn het wel stoelen of zijn het opstapjes naar een hogere, magische wereld? De muziek volgt en de wenkbrauwen dansen mee, alsof ze door onzichtbare touwtjes omhoog getrokken worden tot vrolijke fronsjes. Het zijn vast kinderen die aan de touwtjes trekken.

In een volgend nummer gaan de violen in slow motion. Op het scherm is Jeffrey Bruinsma te horen en te zien. Uit zijn viool stroomt zand dat met zachte hand aan de wereld wordt toevertrouwd. Bruinsma speelt er live een tweede stem overheen. Dit stilmakende dubbelspel is er later ook van de andere leden van het kwintet. En dan zijn er de samples. Deze vervolmaken het geheel met klanken als omhoogvallende waterdruppels of een voorjaarswindje dat in een diepe grot de lente aankondigt.

Zo laat elk nummer een geheel eigen wereld klinken, waarbij de muziek, de samples en de dans in perfecte harmonie zijn. Het maakt de beleving voller en intenser. En de wenkbrauwen? Fronsen is vanavond tot lichtvoetige kunst verheven.

Tijd voor heel iets anders. In de grote Maaszaal is Robert Glasper aan zet, een componist en producer die met zijn cd 'Black Radio' doorbrak bij het grote publiek. Zijn synthese van hiphop en jazz laat hij vanavond klinken met het Metropole Orkest onder leiding van Vince Mendoza, en de vocalisten Lalah Hathaway en Bilal. Het levert een perfect gearrangeerde show op, met solo's die zo nu en dan voor kippenvel zorgen.

Is er ook nog frisse lucht? Ja, buiten stroomt de Mississippi en haar oevers - nu het asfalt van dat wat anders parkeerterrein is - nodigen uit tot swingen. Bijvoorbeeld met Balako, een jonge, energieke band die een mix speelt van balkanritmes, klezmer en latin. Het feestje dat de heren op het podium bouwen, werkt aanstekelijk. Het is prima dansen op de uitbundige ritmes. Dat vindt ook een fotograaf. Nee, zijn foto's zijn echt niet scherp. Af en toe klinkt iets wat op een melodie lijkt, en een keer zelfs een ballad. Die duurt maar kort. Het leven raast alweer verder.

Op maar het tweede ijkpunt van de vrijdagavond: de Paul Acket Award. Deze prijs voor muzikanten die in de jazzwereld al wel bekend zijn, maar daarbuiten nog te weinig, valt dit jaar toe aan de Amerikaanse trompettist Ambrose Akinmusire. Hij heeft een geheel eigen stijl door zijn dynamische manier van spelen en door samen te werken met artiesten van verschillende achtergronden. Na het in ontvangst nemen van de prijs, voelt Akinmusire zich geroepen om iets te zeggen. "Music", roept iemand uit het publiek. De trompettist mompelt: "I'm not going to talk", maar heeft dan gelukkig al wel verteld dat North Sea Jazz de sleutelmomenten in zijn muzikale carrière weerspiegelt. Tijdens high school was NSJ het eerste internationale concert dat hij meemaakte. Enkele jaren later trad hij er op als medespeler en vanavond met zijn eigen kwintet met Walter Smith op tenorsax, Sam Harris achter de toetsen, Harish Raghavan op bas, Justin Brown op drums én stemkunstenaar Theo Bleckmann.

Nu gaat de muziek dan echt beginnen. De andere muzikanten en Bleckmann nemen het voortouw met gedragen klanken in een donker, sfeervol geluid. Akinmusire speelt precies de noten die de muziek nodig heeft om volmaakt te zijn. Gaandeweg komt Akinmusire in zijn spel meer tevoorschijn. Er klinken ook uitbundige nummers met vingervlugge bebop-loopjes. De heren maken muziek die emotioneel raakt, als een stralende hemelboog waaraan Michelin ontelbare sterren heeft opgehangen. Wie weet schittert deze sterrenhemel bij het volgende optreden van Akinmusire op North Sea Jazz wel boven de grote zalen als de Hudson, Maas of Nijl.

Hoe zou het zijn aan de Mississippi? Daar is Vieux Farka Touré, een gitarist die zich qua virtuositeit met dé Jimi kan meten, op het podium geklommen. Anders dan zijn naam doet vermoeden, is het een man in de kracht van zijn leven. Touré componeert over Mali en vertolkt ook vanavond in robuuste, bluesy klanken de schoonheid én verscheurdheid van zijn vaderland. De andere gitarist, Valery Assouan, is aan hem gewaagd. De heren zwepen elkaar op en hebben de grootste lol als ze met precies dezelfde pasjes de snaren van hun instrument tot het uiterste tergen. Jean Baptiste Gbadoe pingelt met stokjes op een omgekeerde kalabas. Het is nauwelijks te horen, of is zijn microfoon gewoon zachter gezet? Het publiek maalt er niet om. Het Rotterdamse asfalt is meer dan geschikt om de ritmes in je lijf te laten trillen. Een paar Afrikaanse vrouwen laten zien hoe dat moet. Hoe intens een van hen ook haar armen en benen laat swingen, ze kan haar geraaktheid er nog niet genoeg in kwijt. Ze wil het podium op om helemaal in de muziek te kruipen. Dat gaat haar vriendinnen net iets te ver en zij dirigeren haar weer terug op het asfalt. De gitaristen laten hun loopjes en ritmes onvermoeibaar van het podium knallen. Bij het zingen kan Touré vaak zijn lachen niet inhouden. Wat zou de tekst eigenlijk zijn?

Weer binnen heeft de Hudson haar thuisbasis, met laat op de avond het optreden van de artist in residence: Christian McBride. Hij is een van 's werelds beste en meest gevraagde bassisten en heeft bijvoorbeeld opgetreden met Chick Corea, Herbie Hancock, Chaka Khan, The Roots en Sting. McBride is ook bekend om zijn 'peoples music', muziek om de luisteraar te raken. Dat lukt hem ook met de straight-ahead jazz die hij vanavond met zijn kwintet laat horen. Hierin zitten Steve Wilson (sax) en Rodney Green (drums) als muzikanten met hoed en rand. Met Peter Martin op piano en Warren Wolf op vibrafoon geeft McBride ook veelbelovende jonge talenten de ruimte.

Het kwintet begint te spelen en meteen al is het te horen: de krachtige, warme tonen die McBride aan zijn contrabas weet te ontlokken. Als een goed geoliede machine laat het kwintet de composities horen van McBride, met perfect samenspel en indrukwekkende solo's. Mainstream jazz van hoog niveau.

Met deze topper zit een avondje jazz-fijnproeven erop. Dat het North Sea Jazz Festival erg commercieel is, doet er met al die zalm in verschillende neusjes niet meer zo toe. Joshua Redman, John Scofield, Pharrell 'Happy' Willams, Gregory Porter, Mavis Staples, The Ploctones, Peter Beets en vele anderen hebben we nog gemist. Toch maar naar Curaçao? Of Hong Kong?

Louis Obbens maakte een fotografisch verslag van deze festivaldag. Hij zag concerten van Tony Roe's North Sea Jazz Composition Project, Tom Harrell, Pharoah Sanders, The Ploctones, John Scofield en Jason Moran. Klik hier om zijn foto's te bekijken.