Draai om je oren
Festivalverslag



home  
    
    
 

Incubate: extreme muziek in alle opzichten

Ook de laatste drie dagen van het Incubate Festival waren zeer de moeite waard. Vol met spetterende en vaak redelijk extreme muziek. Want dat mag toch wel hét handelsmerk van Incubate genoemd worden: het is geen festival voor tere zieltjes!

Een festivalverslag door Ben Taffijn, met foto's van Paul Janssen
Vrijdag 18 september t/m zondag 20 september 2015, diverse locaties, Tilburg

Ook vrijdagavond verrast de bende van Stadhouders de luisteraars. De set zit qua intensiteit zo'n beetje tussen die van maandag en dinsdag in en kent ook nu weer heel wat mooie momenten. Bijzonder is dat we Jasper Stadhouders voor de verandering eens op akoestische gitaar horen, wat in zijn geval geenszins betekent dat het er dan rustig aan toe gaat, integendeel. Deze set begint juist zeer onstuimig met knetterende solo's van onder andere Johannes Bauer op trombone, Luís Vicente op trompet en Mette Rasmussen op altsax. Verderop wordt een flitsende solo van Stadhouders, inmiddels overgestapt op elektrische gitaar en ondersteund door beukende ritmes, gaandeweg aangevuld met blazers in willekeurige samenstellingen. Tot slot doen ze alle vijf mee: drie saxen, een trompet en een trombone. Samen met de ritmesectie veroorzaken ze ook nu weer een alles verwoestende maalstroom van klanken. En dat niet voor een paar minuten, maar keer op keer tijdens deze heftige set. Maar ook deze set kent intieme momenten, zoals het duet van Vincente met pianist Leo Svirsky bewijst. De warme, gevoelige melodie die Vincente blaast, past prachtig bij het subtiele spel van Svirsky. Het geheel wordt ondersteund met subtiele percussie van beide slagwerkers, Onno Govaert en Steve Heather.

Op zaterdag worden we aangenaam verrast door Trio 7090, dat in een tot 'Pand7090' verbouwde winkel een knotsgek, maar zeer creatief optreden verzorgt. Pianiste Nora Mulder, trombonist Koen Kaptijn en gitarist Jacq Palinckx wijken af van de gebaande paden en het hedendaags gecomponeerd repertoire, waar we Trio 7090 eveneens van kennen en vergasten het aanwezige publiek op onverwachte samples van omgevingsgeluiden, een romig klinkende trombonesolo en Hawaiiaans klinkende gitaarmuziek. Maar ook allerlei elektrische huis-, tuin- en keukenapparaten blijken geschikt voor het maken van muziek. Hoogtepunt is de Mozart-mix. Het trio heeft zeven platen van Mozart in stukken gesneden, uit iedere plaat één taartpunt gepakt en deze met elkaar tot een nieuwe langspeler geassembleerd. Met secondelijm. En wonder boven wonder, voorzien van een regelmatig optredende tik, klinkt hier de Mozart-mix! Het geheel gaat vergezeld van een stemmige trombonesolo van Kaptijn en van een Mulder die, al schreeuwend om overal bovenuit te komen, de koopwaar in het winkeltje loopt aan te prijzen.

In het concert van Dirk Serries en Rutger Zuydervelt gaat het er anderhalf uur later heel wat gestructureerder aan toe. De samenwerking tussen deze twee ambient- en drone-specialisten is kersvers. De eerste keer live na het uitbrengen van het album 'Buoyant' eerder dit jaar, maar op geen enkele manier te horen. Integendeel, de twee musici voelen elkaar perfect aan in deze set. Het is Zuydervelt die begint met subtiele, ruisende klanken, die klinken als golven in de branding. Waarna Serries er op gitaar bijkomt, even zo subtiel en intens. De sfeer is bijna mystiek: de donkere klankgolven waar Zuydervelt ons op trakteert en de hoge, ietwat galmende aanslagen op gitaar van Serries. De twee weven zo een naadloos klanktapijt, dat slechts langzaam van kleur verandert en gaandeweg in intensiteit toeneemt. Wat begint als een koel voorjaarsbriesje groeit zo uiteindelijk uit tot een heuse storm.

Fire!, het trio van saxofonist Mats Gustafsson, drummer Andreas Werliin en bassist Johan Berthling, creëert die storm vanaf de allereerste noot. De combinatie van free jazz, punk en noise die dit trio ons voorschotelt, is ongeëvenaard heftig en past wat dat betreft perfect in het Incubate-programma. Zeker als Gustafsson zijn baritonsax hanteert stoot hij overweldigende klanken uit. In een moordend tempo laat hij zijn sax janken en schreeuwen, aangevuurd door een beukende ritmesectie. En dat alles in een straffe, vaak redelijk monotone beat. Het is tenslotte ook punk wat we hier horen. Die punk, in combinatie met een stevige dosis rock, komt nog duidelijker naar voren als Gustafsson zijn elektronicakastje hanteert. Het geluid is dat van een jankende, overslaande elektrische gitaar. De rockbeat houdt het ritmetandem ook vast als Gustafsson later zijn tenorsax ter hand neemt voor een dramatisch ruige solo waar de vonken vanaf spatten. In één lange trip blaast Gustafsson de longen uit zijn lijf.

Die heftigheid is eveneens kenmerkend voor het duo Tomas Järmyr/James Welburn dat op zondag optreedt onder de naam Barchan. Järmyr, ook bekend als de drummer van Yodok III (waar ook gitarist Dirk Serries deel van uitmaakt), toont hier een voorkeur voor de bekkens. De hoge, vibrerende klanken contrasteren goed met de meeslepende, duistere drone die Welburn creëert middels zijn bas en het voor hem kenmerkende gebruik van elektronica. Als de intensiteit toeneemt en het duo op stoom komt, mist het zijn verwoestende uitwerking niet. Gitzwart en overweldigend is het geluid dat Welburn creëert, terwijl het donderende slagwerk van Järmyr nog het meest wegheeft van een op hoge snelheid voorbij denderende goederentrein.

Paul Janssen maakte een fotografisch verslag van het concert van PAND7090: klik hier. En Hans van der Linden fotografeerde Fire! op Incubate 2015: klik hier.