Draai om je oren
Jazz en meer - Artikel



home  
    
    
 

Stranger Than Paranoia 2007 (1)
maandag 24 december 2007, Paradox, Tilburg

Al vijftien edities lang is het Tilburgse festival Stranger Than Paranoia consistent kwalitatief, verrassend en gevarieerd. Een uitstekende manier om een jaar af te sluiten, zoals wij jaar in jaar uit mogen ervaren. Draai om je oren was er twee avonden bij in een goed bezet Paradox.

door Maarten van de Ven, januari 2008

Ook Paranoia 2007 bood de muziekliefhebber-met-open-oren weer de nodige smakelijke en exotische luisterhapjes. Natuurlijk prijkten er een aantal grote namen op het affiche van het jubilerende festival (Rita Reys, Archie Shepp, Louis Sclavis, Michel Portal), maar ook het resterende programma bleek gelardeerd met aangename verrassingen. We noemen slechts het Kalle Kalima-Johnny La Marama Trio (heavy metal meets jazz, rock, rap en Afrika) en de ontmoeting van de gitaristen Jesse van Ruller en Jacq Palinckx, op het eerste gehoor twee muzikale uitersten.

Jeroen Zijlstra (foto: Cees van de Ven)Traditiegetrouw werd Paranoia op kerstavond geopend met een optreden van het kwintet van festivalprogrammeur Paul van Kemenade, zoals ieder jaar versterkt met een aantal muzikale gasten. Dit jaar waren dat trompettist Eric Vloeimans en zanger Jeroen Zijlstra. Het kwintet verzorgde een funky opening met 'Maximize', een soulvolle compositie van trombonist Louk Boudesteijn. Over een stevige beat strooide een hard-hitting Rein Godefroy krachtige blokakkoorden. "Durgerdam zo diep verloren blauw, de tijd die wij vergaten, het huis en het bed waarin ik hield van jou, het is voorgoed verlaten", zong Jeroen Zijlstra, een oud-leerling van Van Kemenade, in het rustieke 'Durgerdam slaapt'. Zijn fraaie, zwierige stem werd extra belicht door het warme, breezy spel van de altsaxofonist en de brushes van Pieter Bast. In het door laatstgenoemde weer als vanouds opgepookte 'Koperen Helden' toonde Zijlstra zich een verdienstelijk trompettist. Zijn snel aangezette licks kringelden mooi door Van Kemenades saxlijnen heen. Veel indruk maakte de zanger met de ballade 'Tot Slot', een gevoelige song over vriendschap, liefde en verlies van een dierbare. Zijn overpeinzing "hoe vreemd kan het gaan, de ene valt om en de ander blijft staan" stemde tot introspectie.

Paul van Kemenade (foto: Cees van de Ven)Daarna betrad Eric Vloeimans het podium, om het door Van Kemenade geschreven 'Two Horns And A Bass' in een speels en krols duo met de saxofonist te openen, waarna Wiro Mahieu met losse bastonen het langzame thema ontvouwde. Sfeervol en intimistisch, met warm en omfloerst klinkende trompet en sax. Met mooie rusten ook. Het daaropvolgende titelloze stuk (Paul: "Bedenkt u er zelf maar een") droeg, met zijn plotse wending van uptempo naar een wat losser medium tempo, een duidelijk Van Kemenade-signatuur. Na een Godefroy-solo met Silver-achtig funky, sprankelend pianowerk, werd Vloeimans in zijn sterke solo geïnspireerd door opzwepend spel van de ritmesectie, met opnieuw een opvallende rol voor Bast. Vloeimans' 'Gatecrash' hoorden we in een speciaal voor deze band aangepast arrangement. Een kruipend, sneaky swingend ritme met goed baswerk van Mahieu lanceerde Boudesteijn. Diens brassy solo wisselde licks in het lage register af met hoge uithalen, waarna Mahieu zijn vingervlugheid mocht tonen in een groovy solo. 'Magnolia' (wederom een compositie van Vloeimans) werd in hoog tempo geopend. De blazers zetten de melodielijn uit. Vervolgens soleerde Godefroy in dubbel tempo met Bast. Mahieu speelde daar ergens tussendoor met een krachtig geplaatst contrapunt. Pieter Bast onderstreepte zijn topvorm met imposant slagwerk over een doorlopende groove. Het slotakkoord van dit uitstekende optreden werd gevormd door 'No Way Station', het titelnummer van de laatste cd van het kwintet. Na een intro, met Van Kemenade meanderend over muted spel van Vloeimans en Boudesteijn, ontvouwde Godefroy het nummer solo met veel verve in een quasi-klassiek idioom. Na een snel tussenstukje bracht een slappende Mahieu op basgitaar het stuk in funky vaarwater, waarna Van Kemenade heerlijk loos kon gaan. Dit materiaal past de formatie als gegoten. Het Paul van Kemenade Quintet is na een aantal ledenwisselingen bezig aan een tweede jeugd, die doet verlangen naar meer.

Een hilarische pauze-act volgde met ene Tony Banks (niet te verwarren met de keyboardspeler van Genesis), een smoezelig heerschap met een maffiose uitstraling, die - half hangend uit een autoraam - het pubiek verblijdde met karaoke-versies van 'The Girl From Ipanema' en 'Somethin' Stupid'. Geassisteerd door een van de zangeressen van de openingsact (een fraai gezongen aria met een engel aan de harp), die wederom opera-achtige vocalen liet horen, zorgde hij voor de nodige hilariteit.

Jeannine Valeriano (foto: Cees van de Ven)Daarna was het de beurt aan de virtuoze rietblazer Maarten Ornstein, die aantrad met zijn funkjazzy formatie DASH!. Op de website van de band lezen we: 'DASH! is WYSIWYG; we do not use anything but our bodies and musical skills to express ourselves.' De band laat allerlei invloeden samenvloeien in zijn muziek: van Balkan tot Afrikaans, van jazz tot funk, van experimenteel tot catchy. Daarvan is niets teveel gezegd; de band verzorgde een zeer smaakvol en opwindend optreden voor een enthousiast reagerend publiek.

Hoornblazer Morris Kliphuis, die percussionist Joshua Samson verving, zorgde voor een geslaagde en verrassende aanvulling van het groepsgeluid. Dat viel meteen te constateren in het openingsnummer Bhangry Betty'; de samenklank van Ornsteins tenorsax en Kliphuis' hoorn was even apart als mooi. De ritmesectie (bassist Peter Bergman en drummer Eric Hoeke), die zich het gehele concert uiterst solide en prima ondersteunend zou betonen, creëerde een groovy en funky backbeat, waarover Kliphuis zeer virtuoos soleerde, terwijl Ornstein hem begeleide met elektronisch vervormd saxspel, dat aan een keyboard deed denken. Vervolgens betraden vier zangeressen het podium. Jeannine Valeriano, Marieke Snijders, Monique de Adelhart Toorop (what's in a name!) en Kiki Manders zorgden voor een bijzonder originele bijdrage; hun zangstemmen vervlochten zich, wervelden om elkaar heen en becommentarieerden elkaar. De stem wordt in DASH! duidelijk gebruikt als een volledig op zichzelf staand instrument. De instrumentalisten en de vocalisten hebben een gelijkwaardige rol in deze formatie. Eigenlijk zou je dit soort muziek ook vaker moeten ondergaan, om optimaal van de finesses te kunnen genieten en de composities te doorgronden.

Morris Kliphuis (foto: Cees van de Ven)Ornstein zong Marc Perons 'Rocca Roccolo' in een onnavolgbaar snel tempo, dat werd overgenomen door de zangeressen. Andermaal volgde een geweldige solo van Kliphuis, waarna bas, sax, hoorn en zang samen optrokken, terwijl Hoeke daarover varieerde met dynamisch slagwerk. 'Dancing On Vinyl' zorgde voor een rustpunt in de set, met een vervormde sax, rijke klankkleuren van de hoorn en een wat te gezocht-complexe, iets minder geslaagde samenzang. In het daaropvolgende 'The Bangelor' werd het leven in de grote stad ("hoeren, peepshows, al die dingen") beeldend neergezet met spoken word, eclectische zang, vrije jazz en bijzondere harmonieën. 'Backflip' leek in eerste instantie pure funk. Ornstein doorsneed het met bijzondere breaks, zodat het verrassend bleef. Dat was mede te danken aan de boeiende, bepaald niet alledaagse zangpartijen. Met name Valeriano en De Adelhart Toorop onderscheidden zich daarbij met glanzende, krachtige vocalen. De saxofonist creëerde met zijn pedalen wahwah-achtige effecten en zijn sax klonk welhaast als een klavinet zoals Stevie Wonder die in de jaren zeventig gebruikte. De set werd afgesloten met klezmerklanken in 'The Science Between The Lines'.

Deze voortreffelijke openingsavond van Stranger Than Paranoia werd op passende wijze afgesloten door DASH! met een onvermijdelijke toegift, bestaande uit twee volkomen eigenzinnige kerstnummers. In 'Gloria' resulteerde dat in een variatie op een bekend lied, waarbij de zangeressen de show stalen met zeer virtuoze, hilarische Nederlandstalige zanglijnen, twee aan twee, prachtig door elkaar gevlochten: "Hij werd geboren in Word Excelsius Deo!"

Klik hier voor een fotoverslag van deze avond door Cees van de Ven.