Draai om je oren
Jazz en meer - Artikel



home  
    
    
 

Dagverse composities met ruimte voor improvisatie
'7 Eyes': work in progress, Octurn, donderdag 19 februari 2009, JazzCase, Dommelhof, Neerpelt

Het hedendaags jazzcollectief Octurn dat ontsproten is uit de Brusselse culturele melting pot staat geboekstaafd als een groep jonge experimenterende musici met een uitgesproken vernieuwingsdrang, constant op zoek naar nieuwe klanken. Een zoektocht die ze, in wisselende bezettingen en via uiteenlopende projecten, al ruim tien jaar lang consequent volhouden en die zijn weerslag vindt in een achttal cd's.

door Robert Kinable, april 2009

In mijn hoofd had ik Octurn echter onlosmakelijk geassocieerd met de cd 'North Country Side', een plaat met composities van Pierre Van Dormael, die de groep samen met hem in 2007 opnam en waarbij de inspiratie kwam van Bob Dylans gelijknamige song 'North Country'. Niet direct de meest toegankelijke muziek, maar vrij complexe jazz met veel tempowisselingen, breaks en eigenzinnige harmonieën.

Op uitnodiging van JazzCase had Dommelhof dit bonte gezelschap in februari een week lang te gast. Bedoeling van deze muzikale retraite was om in alle rust en afzondering te sleutelen aan hun nieuwe project '7 Eyes'. Met als uitgangspunt het verlangen van Bo Van Der Werf en Jozef Dumoulin om met dit project vrije muzikale werelden te verkennen. Gedurende deze week in exile werd het merendeel van de nummers geschreven en in vorm gegoten, om aan het einde van de week dit work in progress in het laboratorium zelf voor het eerst aan het publiek voor te stellen. Hierbij kon worden plaatsgenomen rondom de in een cirkel opgestelde musici.

Met 'North Country Side' in mijn achterhoofd vreesde ik voor te zware kost op een doordeweekse donderdagavond. Het concert was daarentegen een ware belevenis, waarbij de muziek als een flow op je afkwam. Met enige overgave werd je meegevoerd op Octurns avontuurlijke muzikale odyssee. Een ervaring die niet makkelijk te omschrijven is, omdat het precies om de beleving van het moment zelf gaat. Door te trachten die ervaring in woorden te vatten, dreigt ze immers te kristalliseren en te verstenen, waardoor de magie van het moment ontglipt. Ook omdat Octurn een eigen muzikaal idioom creëert, zijn de referentiepunten schaars en ontbreekt een accuraat vocabularium. Hierbij toch een poging om deze topervaring te beschrijven.

Gedurende het verblijf in het productiecentrum Dommelhof werden een achttal gecomponeerde muziekstukken verder uitgewerkt. Dagverse composities, waarvan de structuur grotendeels vastlag, maar die ook nog voldoende ruimte lieten voor improvisatie. Op deze composities, aangeven door Dumoulin op Fender Rhodes of Bo Van de Werf op sax, werden de inventieve en aanstekelijke percussie van Chander Sardjoe en de bas van Jean-Luc Lehr losgelaten, waardoor ze improviserend alle kanten uit konden evolueren. Zo was het niet duidelijk waar de compositie eindigde en de improvisatie begon. Dit leverde een wijds, open en verrassend toegankelijk geluid op, met bezwerende, etherische en soms bevreemdende muziek. Erg fantasierijke muziek ook, die zich leende om er filmbeelden bij te verzinnen of om gewoon bij weg te dromen.

De spaarzame sax van Van Der Werf was vaak discreet maar sturend op de achtergrond aanwezig, waar hij onder het motto 'minder is meer' het geheel bedachtzaam dirigeerde en soms schitterde in wondermooie dialogen met Dumoulins keyboards.

Het reciteren van de nooit helemaal verstaanbare tekstflarden met het ijle stemgeluid van Lynn Cassiers, waarvan je de betekenis ontglipte, omdat ze voorbij dwarrelden en eerder de bedoeling hadden een soundscape dan wel inhoud te creëren. Met loops en elektronische vervorming bespeelde Cassiers haar stem als een instrument wat zorgde voor een aparte klankkleur die je onderdompelden in een mysterieus weefsel met een lounge en tranceachtige sfeer die zowel een meditatief en religieus karakter aannam maar bij momenten ook vervreemdend werkte.

Ook de geluidsstroken geproduceerd door keyboardswizzard Dumoulin in combinatie met het subtiele en fragiele gitaarspel van Nelson Veras en de elektronica van Gilbert Nouno versterkten dit kosmische, sferische en ijle geluid. Een klankenpalet dat deed denken aan het vervreemdende en multiculturele karakter van een grootstad. Muziek als poging om met de complexiteit van het gefragmenteerde stadsleven om te gaan, door het in een vorm te vangen waardoor deze chaos beheersbaar wordt?

Als toeschouwer werd ik meegevoerd in dit muzikale avontuur, waarbij verschillende muzikale werelden werden verkend en de grenzen van wat jazz kan zijn werden afgetast. Een creatie, een work in progress dat ongetwijfeld nog verder zal evolueren naar een boeiende mix tussen jazz, lounge en recitatie. Een coherent groepsproces, waarbij de muzikanten elkaar perfect aanvulden zonder in het klassieke om beurten soleren te vervallen.

Na Dommelhof volgde nog een week in afzondering in de KVS in Brussel, waar de muziek live werd opgenomen en zal worden aangevuld met studio-opnamen om als dubbel-cd in oktober uit te worden gebracht. Vraag daarbij is of de sfeer, de dynamiek, de spanning en de ervaring van het moment zelf ook via cd kunnen worden overgebracht en vereeuwigd.

Klik hier voor een uitgebreid fotoverslag van Octurn in residentie in Dommelhof door Cees van de Ven.

Klik hier om het afsluitende concert bij JazzCase te beluisteren.