Draai om je oren
Jazz en meer - Artikel



home  
    
    
 

Vernieuwingsgolf van eind jaren zestig
De jazzrockpioniers

In januari 2006 start bij De ConcertZender een nieuwe langlopende serie: De begindagen van de jazzrock (1967-1974). In het dinsdagavondprogramma The Art Of The Improvisers gaat jazzpublicist Remco Takken in op de zoektocht van jazzmusici naar een nieuw, elektrisch geluid.

door Remco Takken, 25 september 2005

In 1967 overleed saxofonist John Coltrane, en daarmee verdween een belangrijk ijkpunt van het toneel. Coltrane was de man die vele musici en luisteraars de weg had gewezen van zijn sheets-of-sound benadering in de bebop-periode, via de modale jazz naar de vrije improvisatie. Inmiddels liep ook The Second Great Quintet, de toonaangevende groep van trompettist Miles Davis rond saxofonist/componist Wayne Shorter, op zijn laatste benen. De radicale free jazz tot slot, leek minder en minder in staat het revolutionaire momentum vast te houden.

Herbie HancockBeeld: Vanaf 1968 stortte pianist Herbie Hancock zich op de synthesizer, en vond en passant de jazzfunk uit.

LSD
Ondertussen gebeurde er heel veel in de popmuziek van na 1965. Gitarist Jimi Hendrix verraste vriend en vijand met zijn kleurrijke improvisaties. James Brown wist zijn dansbare soulmuziek dusdanig te versimpelen dat slechts één of twee akkoorden konden volstaan om een geslaagde hit te produceren met zinderende bijdragen van saxofonisten als Pee Wee Ellis en Maceo Parker. In San Francisco speelden hippiegroepen als The Grateful Dead en The Byrds onder invloed van LSD en het tolerante overheidsklimaat steeds langere (gratis) popconcerten, die werden gevuld met haast eeuwigdurende gitaarsolo's.

Albert AylerBeeld: Zelfs de radicale freejazzpionier Albert Ayler hield zich in 1968-69 met mengvormen van soul, jazz en psychedelische muziek bezig.

Snobistische houding
Jazzmusici zagen het experimentele popsucces met lede ogen aan. Zij speelden immers al jaren van dit soort muziek, en beter ook, maar dan voor steeds leger wordende zalen. Wat was er aan de hand? Hun kortgeknipte haar, de nette pakken en de snobistische houding ten opzichte van populaire muziek had hen behoorlijk ver-vreemd van de na-oorlogse babyboomers. Er kwam rond 1967 een jeugdcultuur op die massaler dan ooit experimenteerde met drugs, Indiase spiritualiteit en literatuur. Helemaal nieuw was het hippiedom niet: het was in feite precies wat de Beat Generation vijftien jaar eerder ook al deed. Er was echter één groot verschil: de jazz was haast helemaal verdwenen uit de collectieve beleving van de flower power-hippies.

hoesfragment Miles Davis - 'Bitches Brew'Beeld: Beeldend kunstenaar Mati Klarwein visualiseerde de zoektocht van de jazzrockpioniers het scherpst. Hier een fragment van Miles Davis' 'Bitches Brew', uitgebracht in 1970.

Miles
Over het algemeen wordt trompettist Miles Davis gezien als de grote katalysator van de jazzrock. Het is dan ook logisch dat sleutelwerken uit zijn oeuvre door de gehele serie terugkeren. Er zal echter ook aandacht zijn voor minder bekende pioniers, zoals de Britse saxofonist John Surman en filmcomponist Melvin van Peebles.

Globalisering
Na 1974 liep de eerste vernieuwingsgolf van de jazzrockpioniers op z'n eind. De 'festivallisering' van de jazz op gang, waarbij zaalversterking een grote rol ging spelen in de almaar uitdijende accommodaties. In ons land wordt deze tendens het best gesymboliseerd door het North Sea Jazz Festival. Een deel van de vroegere jazzrock werd mainstream onder de naam 'fusion', jongere experimentelen zouden de fakkel brandend houden met nieuwe klanken in Downtown New York en Londen. Ondertussen roerden ook talentvolle musici uit India, Afrika en Latijns-Amerika zich. Via de jazzrock globaliseerde uiteindelijk de jazz zoals we die nu kennen.

Miles Davis - 'On The Corner'Beeld: Volgens jazzpuristen een commercieel wanproduct zonder solistische diepgang, is het album 'On The Corner' van Miles Davis uit 1972 nog steeds populair bij liefhebbers van drum'n'bass en wereldmuziek.

Een verademing
Jazzpublicist en ConcertZendermedewerker Remco Takken is geboren in de jaren zeventig, en heeft de overgangsperiode van jazz naar jazzrock in 1967-74 niet zelf meegemaakt. Via de bandrecorderbanden van zijn vader ontdekte hij de elektrische jazzrock van Miles Davis, The Soft Machine en Herbie Hancock. "Voor wie opgroeide in de jaren tachtig was die jazz uit een eerdere periode echt een verademing. Swingende experimentele platen als 'Miles At Fillmore' en 'Soft Machine 4' waren compleet weggevaagd door de punk, new wave en no wave-stromingen in een tijd waarin drumcomputers, funk en disco om voorrang streden. Zelfs in avantgardistische kringen was ritmisch statische muziek aan de orde van de dag."

The Art Of The Improvisers: dinsdag, 22.00 uur.
Met onder meer Larry Young, Herbie Hancock, Jimi Hendrix, The Soft Machine, James Brown, Albert Ayler, Frank Zappa, John McLaughlin, Eddie Harris, Les McCann, Wes Montgomery en Miles Davis. Ook zijn er themaprogramma's met aandacht voor jazzrock op de grote popfestivals, de invloed van de Amerikaanse psychedelica aan de Westcoast en zwarte filmmuziek in de Blaxploitation-stroming. Voor meer informatie, bezoek de website van de ConcertZender.