Draai om je oren
Jazz en meer - Artikel



home  
    
    
 

Jazz Middelheim 2009 Zondag 16 augustus

Een festivalverslag in woord en beeld door Jacques Los & Cees van de Ven.
13 t/m 16 augustus 2009, Park Den Brandt, Antwerpen.

De laatste dag van Jazz Middelheim werd ingezet met het Bert Joris Quartet. Trompettist/arrangeur/componist Joris stond niet voor het eerst op dit prestigieuze festival. Meer dan twintig optredens op dit festival heeft hij achter de rug. Hij is in België één van de meest prominente musici in de hedendaagse jazzscene. Als solist, componist en dirigent werkt hij vaak samen met Europese bigbands, zoals de WDR Big Band, Al Porcino Big Band, het Jazz Orchestra of the Concertgebouw en het Swiss Jazz Orchestra.

Met zijn huidige kwartet - pianist Dado Maroni, bassist Philippe Aerts en drummer Dré Pallemaerts - voelt hij zich echt verbonden en zou hij vaker willen optreden. Gelet op het voortreffelijk concert deze avond moet dat geen probleem zijn.

Joris is een lyrische blazer met veel gevoel voor de eigentijdse frasering en lijnen. In combinatie met eigenzinnige, aparte en toch melodieuze composities creëert hij een intense en avontuurlijke eenheid. Hoogwaardige, interessante muziek, die nog geaccentueerd wordt door Moroni's heldere en open pianospel en de sublieme interactie met de ritmesectie. Een zeer muzikaal memorabel concert door een kwartet dat zijn plek op de belangrijke Europese jazzpodia meer dan verdient.

Een uiterst intrigerend optreden werd verzorgd door Jason Moran's Europese première van Live:Time. Dit project handelt over een Afro-Amerikaanse gemeenschap – Gee's Bend – in Alabama die opvallende quilts (lappendekens) maakt. In de vorm van een mini-opera werd de geschiedenis van die gemeenschap opgeroepen.

Pianist Jason Moran kwam enkele jaren geleden sterk opzetten als een pianist met een levendige verbeelding en een originele aanpak. Vandaag is de 34-jarige pianist een van de gevestigde waarden van het Blue Note-label, waarvoor hij al zeven sterke albums maakte. Hij slaagt erin de traditie te verbinden met een hedendaagse visie. Met zijn maffe hoedje en scherp gesneden kleren is hij ook nog een leuke podiumverschijning.

Met Morans trio – bassist Tarus Mateen en drummer Nasheet Waits – aangevuld met gitarist Bill Frisell en zangeres Alicia Hall (Morans echtgenote) werden de roots (spirituals en hymnen) ten gehore gebracht in combinatie met eigentijdse klanken, funky grooves en minimal music. De klassiek geschoolde stem van Hall veroorzaakte in eerste instantie een vervreemdend effect. Echter, na enige gewenningstijd bleek de toevoeging van de stem relevant en effectief te zijn. Ook de toepassing van het gesproken woord benadrukte de serieuze intenties van dit muziekwerk.

De eigenzinnige Frisell ontwikkelde continu met toepassing van special effects fascinerende soundscapes. De (helaas) spaarzame pianosolo's waren overdonderend. Hamerend op de toetsen speelde Moran snelle, heldere single-note lijnen. 'Live:Time' is een interessant project, waarin de muziek uit het diepe zuiden van de VS in al zijn facetten in een compacte uitvoering tot uiting komt.

Na deze overrompelde muzikale jazzhistorie werd het podium bezet door twee eminente grootheden. Beiden hebben al een flinke historie achter de rug. Pianist Kenny Barron is van het jaar 1943 en bassist Charlie Haden van 1937. Relaxte en swingende mainstream speelden de twee: ongecompliceerde standards, bluesjes en ritmeschema's. Barron soleerde pittig, puntig, helder en strak. Niet per se virtuoos, maar wel uiterst smaakvol en effectief, en met een ferme aanslag van de rechterhand. Daarnaast zoefde met een warme klank, vast in het ritme, de bas van Haden. Hij soleerde niet spectaculair, maar wel bijzonder effectief en gearticuleerd.

Hoe goed de heren ook speelden, het werd op een gegeven moment wel wat saai. Een leuke zangeres of een melodieus blazende tenorsaxofonist erbij zou geen slecht idee geweest zijn.

Het slotconcert (klapstuk) van de avond en het festival was David Murray's project Nat King Cole en Espagnol. Dit project was speciaal opgezet voor het festival. De in 1958 door Nat King Cole gemaakte opnamen in het Spaans, door David Murray voorzien van nieuwe arrangementen, werden uitgevoerd door een groep Cubaanse musici (blazers en ritmesectie) en een groep strijkers (de Filharmonie Antwerpen).

Alhoewel het weer in de loop van de avond wat frisser werd, waande je je toch op de tropische Acapulco Beach. Zwoele 'latin cha cha cha jazz'. Zoetgevooisde strijkers. Strijkers die overigens veel speelplezier toonden. Pittige blaaspartijen. Veel percussie. Solo's van de Cubanen op sax, trombone en trompet, waarbij alleen trompettist Bacilio Marquez opviel als bijzondere solist.

Rest dus stersolist Murray. Hij heeft inmiddels een respectabele staat van dienst achter zich, getuige tientallen cd's en talloze projecten en ensembles, waaronder het World Saxophone Quartet, zijn befaamde Octet en The Black Saint Quartet. Technisch kan hij alles op de tenorsax. Dat bleek ook deze avond weer. In zijn solo's incorporeerde hij alle jazzelementen: swing, bebop en avant-garde. Hij gierde in het hoge register, hij deed aan circular breathing en zoefde als de oude meesters (Ben Webster, Coleman Hawkins, Ike Quebec, Lucky Thompson) in het lage register. Zijn verschijning - een ouderwetse bandleader in white suit - en de dansbare latinmuziek met een hoog kitschgehalte vormden een feestelijke afsluiting van een succesvol festival.

Zoals het altijd is bij een festival, valt er wel eens wat tegen en er zijn uitschieters. Dus ook bij Jazz Middelheim. Maar alles bij elkaar genomen was het een bijzonder aangenaam, kwalitatief, overzichtelijk en relaxed festival. Mede dank zij de goede organisatie (volgend jaar iets meer toiletten), de omgeving (het prachtige Antwerpse park Den Brandt) en het mooie zomerse weer. Volgende zomer zijn we er weer!

Klik hier voor een fotoverslag van deze dag door Cees van de Ven.