Draai om je oren
Boek / Interview



home  
    
    
 

Grond, de demonen van een jazztrompettist
door Wil Boesten, uitgeverij Atlas

Op 13 augustus jongstleden is de nieuwe roman 'Grond' van Wil Boesten verschenen. Met de hulp van trompettist Teus Nobel heeft Boesten de keuken van de jazz en het trompetspel ontdekt en 'Grond' is dan ook een roman waarin deze muziek een belangrijke rol speelt. De hoofdpersoon in het boek heeft zichzelf ontworsteld uit het milieu waarin hij is grootgebracht en zich hervonden dankzij de jazzmuziek.

door Donata van de Ven / foto's: Fleur Huijsdens & Perry Schrijvers

'Grond' vertelt het verhaal van jazztrompettist Lucas Lels die, na een paar niet al te florissant gelopen gigs in New York, vanwege een vulkaanuitbarsting op IJsland vast komt te zitten op het vliegveld JFK. Eigenlijk vindt hij dat wel best, maar als hij geconfronteerd wordt met het overlijden van een familielid, verandert dat op slag. Lucas wordt als het ware uit tijd en ruimte getild en dan komen de demonen... De rouw en de verveling brengen hem langzaam volledig uit balans en de onzekerheden die in hem sluimeren, krijgen hem volledig in zijn macht.

In de roman vindt Lucas Lels letterlijk de jazzmuziek: hij heeft een aha-erlebnis op het moment dat hijzelf, zijn instrument en de muziek die hij op dat instrument moet maken, eindelijk samenkomen. Wil Boesten: "Ik was er niet op uit een roman over jazz te schrijven, zoals het ook geen roman over afkomst is. Jazz is een goed vehikel voor wat ik wilde onderzoeken in dit boek: de ondermijnende kracht van onzekerheid en de bronnen van die onzekerheid. De keuze voor een jazztrompettist was eigenlijk het uitgangspunt. Zijn beroep stelde me in staat een personage te creëren dat beweegt, dat ergens komt. De onaffe structuur van jazzmuziek, het directe en het improviseren passen bij de hoofdpersoon. Bovendien lost het een verlangen in: ikzelf wilde vroeger graag trompetspelen, maar werd bij de fanfare 'afgescheept' met een bugel. Ook is het mooi dat de geboortestreek waar Lucas Lels zo'n dubbelhartige verhouding mee heeft, hem toch maar mooi aan de trompet heeft geholpen, waarmee hij kan worden wie hij is. De titel van het boek is dan ook voor meerdere uitleg vatbaar. Die verwijst niet alleen naar de geboortegrond van de hoofdpersoon, of de grond die onder zijn voeten lijkt weg te zakken, maar ook naar het aan de grond zitten op het vliegveld. Maar het verwijst toch vooral naar zijn onvermogen om (muzikaal) echt van de grond te komen."

De samenwerking tussen trompettist Teus Nobel en Boesten strekt zich uit over een periode van enkele jaren. In plaats van, bij wijze van research, de biografieën van de grote legendarische mannen van vroeger te lezen, wilde Boesten juist meelopen met een hele 'gewone' en eigentijdse jazzmuzikant, het zelf ervaren. "Soms letterlijk, want ik ben weer trompet gaan spelen. Voor het eerst sinds mijn veertiende, om te voelen hoe het is, die toeter aan je mond, in je hand. De kramp, en de smaak van metaal. Teus heeft me niet alleen geholpen met de taal en de kennis; we hebben veel gepraat over allerlei, hij leverde me een schat aan beelden, taferelen en verhalen, waarmee ik van Lucas Lels een levende jazzmuzikant kon maken zonder dat het voor de niet-kenner te specialistisch overkomt. Door Teus bezig te zien kreeg ik een steeds beter beeld waar het bij Lucas aan zou kunnen schorten en hoe ik dat vorm zou kunnen geven. Zo werd hij niet alleen een bron van informatie maar ook van inspiratie."

Nobel: "We troffen elkaar regelmatig en hebben veel gesproken over de jazzscene en trompetspelen. Hij was aanwezig bij repetities en bezocht concerten, gewoon om te observeren. Mijn rol wil ik niet groter maken dan het is, Wil is degene die het verhaal creëerde. Ik hoop dat ik hem, als aanvulling op zijn eigen kunde, wat extra inzichten heb kunnen geven over het leven en doen-en-laten van een jazztrompettist."

Nobel studeerde eerst twee jaar klassieke muziek aan het Rotterdams Conservatorium, maar wist al die tijd al dat hij behoefte had aan meer vrijheid. Hij wilde zelf bepalen wat, hoe en waarom hij speelde. Hij had, zoals hij zelf zegt, een ander vehikel nodig om zichzelf uit te drukken. "Ik kan me goed voorstellen dat iemand zichzelf hervindt, of beter gezegd, vindt in de jazzmuziek. In het eigen maken van een vocabulaire voor geïmproviseerde muziek (niet persé exclusief de jazz) word je min of meer gedwongen na te denken over je eigen stem, je eigen geluid, jouw 'zijn'. Welk type vocabulaire spreekt me aan, wat voeg ik daar zelf aan toe, is mijn stijl sterk en stevig, ingetogen? Enzovoorts... Dat is een directe zoektocht naar jezelf, door middel van muziek. Muziek is daarom ook nooit een doel, het is een middel."

Boesten luisterde 20 jaar lang alleen naar klassieke muziek, maar dat veranderde 15 jaar geleden. Sindsdien is jazzmuziek veel voor hem gaan betekenen. "Jazzmuziek past bij mij, mijn persoonlijkheid, de syncope als metafoor voor het leven. Het idee dat je al met de volgende bezig bent terwijl de vorige noot nog klinkt, de vrijheid die dat met zich meebrengt en die alleen de jazz kent, de variatie, het onaffe en de ogenschijnlijke ongestructureerdheid, het voorlopige van de improvisatie. Ik ben daar alleen maar dieper van doordrongen geraakt door het werken aan deze roman en de omgang met Teus en andere jazzmuzikanten met wie ik heb gesproken en die ik heb leren kennen als mensen die muziek nooit als een probleem benaderen. Mijn waardering voor de jazz is in zoverre veranderd dat mijn begrip dieper en breder is geworden. Mooie bijvangst is dat ik heel wat nieuwe jazzmuziek heb leren kennen van hedendaagse (Nederlandse) jazzers."

Nobel: "Wat een fantastisch gevoel als je erin slaagt je verhaal over te brengen, zoals in mijn geval, met muziek. Ik stap de studio in, we tellen af en bam, hier heb je mijn (muzikale) verhaal. Dat geeft zo'n bevredigend gevoel dat ik me niet zou kunnen voorstellen dat ik ooit verstoken zou zijn van muziek. Het was echt onbeschrijflijk moeilijk om mijn eerste plaat uit te brengen en dit werd echt niet minder bij de tweede (want tja, wat zullen de mensen nu van me verwachten). Maar de voldoening van het creëren van waarde voor mensen die jazz-muziek-kunst een warm hart toedragen, is op zijn minst verslavend." Boesten: "Ik heb geprobeerd niet te vertellen wat Lucas Lels meemaakt, maar het vooral te laten voelen, door middel van gebeurtenissen, beelden. Als mensen dan zeggen: 'Ik hoor de muziek gewoon, ik voel die podiumervaring.' Dat is geweldig mooi, en inderdaad, zoals Teus zegt: verslavend."

http://www.atlascontact.nl/boek/grond/

http://www.atlascontact.nl/literatuur-jazz-met-wil-boesten-in-boekhandel-donner-rotterdam/